Een vervreemdende film over afkomst en identiteit

Sam de Jong staat al sinds zijn opleiding aan de Filmacademie bekend als een groot talent, hetgeen hij bewees door met zijn eindexamenfilm Magnesium de prijs voor beste studentenfilm te winnen op het Nederlands Film Festival. Vervolgens brak hij door met zijn met diverse Gouden Kalveren bekroonde speelfilmdebuut Prins (2015). De gestileerde grote stadsfilm kreeg niet alleen goede recensies, maar trok ook internationaal de nodige aandacht.

Met Mes. Foto Gusto Entertainment

Vol optimisme vertrok De Jong naar New York om zijn geluk in de Amerikaanse filmwereld te beproeven. Het door 20th Century Fox uitgebrachte Goldie (2019) kende echter een zware bevalling, waarna hij terug in Nederland zowel de theaterfilm De drie Musketiers (2021) maakte als Met Mes, dat begin dit jaar in première ging in de Tiger Competitie van het Internationaal Film Festival Rotterdam (IFFR). Het is net als Prins overtuigend gestileerd en explodeert haast van kleurenpracht. “Het plezier dat je kan hebben bij het maken van een film stond dit keer echt op de voorgrond.”

In Met Mes draait het om de gewezen tv-presentatrice Eveline (Hadewych Minis), die een documentaire wil maken over de sociale structuur van haar buurt. Als bij een toevallige ontmoeting met de tiener Youssef (Shahine El-Hamus) haar peperdure videocamera wordt gestolen, neemt de politie haar aangifte in eerste instantie niet echt serieus. Dat verandert pas als zij verzint dat het om een overval “met mes” ging. Een leugen die voor beide personages grote consequenties heeft.

Energie

We ontmoeten elkaar in het bekende Amsterdamse filmpaleis aan het IJ, waar De Jong onder het genot van een kop thee vertelt over een boek dat hij recent las: On Writing van Stephen King. “Het is een autobiografisch verslag van hoe hij zijn boeken schrijft. Hij doet zes weken over de eerste versie van een boek. Dat laat hij het twee weken liggen. En in de volgende zes weken maakt hij het af. Bij een scenario is dat onmogelijk. De eerste ronde bij het Filmfonds duurt al twee, drie maanden. Dan moet je er weer inkomen. Dan moet je je eerste versie maken. Het schrijfproces verwatert al snel. Dat vind ik wel eens jammer. Bij Met Mes heb ik vanaf het begin geprobeerd om de energie in het project te houden.”

Met Mes is voor mijn gevoel een film waarbij vorm en inhoud op voorbeeldige wijze samenvallen. Tijdens het kijken kreeg ik echt het idee: dit is iemand die precies weet wat hij wil maken en daar ook geen concessies meer in wil doen.
“Zo sta ik er inderdaad in. Zeker omdat ik bij mijn Amerikaanse film Goldie toch het idee had dat ik wat dingen heb laten liggen. Dat het niet helemaal de film is die het had kunnen zijn.”

Goldie is desondanks een innemend portret geworden van een jonge vrouw (de charismatische Slick Woods), die probeert door te breken als danseres in hip hop-video’s, terwijl ze haar zusjes na de arrestatie van hun moeder uit handen van jeugdzorg probeert te houden.

Mijnenveld

“Ik woonde in die tijd in New York en ik werd betaald voor de ontwikkeling van de film, wat best bijzonder is in een land waar heel veel ‘speculatieve scripts’ worden geschreven. Maar op een gegeven moment had ik zoveel versies geschreven dat een beetje verloren ging wat voor film het nu eigenlijk moest worden. Dat vond ik lastig, want in de tijd dat ik ermee bezig was, veranderde ik zelf weer als mens. Je ontwikkelt jezelf terwijl je een project ontwikkelt, maar tegelijkertijd kun je heel erg uit het oog verliezen waar het je in eerste instantie om te doen was. Ik moest bovendien door een mijnenveld navigeren omdat ik daar als buitenstaander met zo’n heftig maatschappelijk onderwerp aan de slag ging. Ik krijg de meeste energie van de kracht van film, van filmische middelen, van magisch realisme en een bepaalde absurditeit, die ik altijd spannend vind. Maar energie die ik normaal gesproken krijg tijdens het ontwikkelen van een film, raakte ik nu juist kwijt in dat proces.”

Bij het ontwikkelen van Goldie had De Jong een werkrelatie met een schrijver annex producent, die aan het hoofd stond van Vice. “De ene keer gaf hij me feedback waardoor ik het hele script moest herschrijven, en twee maanden later als hij tijd had om een nieuwe versie te bespreken, dan zei hij: ‘waarom heb je dat er allemaal uitgehaald? Dat was zo goed.’ En dan moest ik zeggen: omdat jij dat had gezegd. Het probleem was dat hij geen focus had, want hij moest terwijl hij met mij praatte ook de telefoon opnemen en mails beantwoorden. Ik werd de hele tijd van het kastje naar de muur gestuurd. Dat was enorm frustrerend.

Tegelijk was het ook een les: weet met wat voor iemand je zo’n ontwikkelingstraject ingaat. Maar toen ik dat besefte was ik al een jaar bezig en was ik al zo diep in die fuik gezwommen dat ik voor mijn gevoel niet meer terug kon. Ik had al heel veel tijd en moeite geïnvesteerd en ik wist dat de film nog steeds gemaakt kon worden. Dus toen ben ik het meer als een opdracht gaan zien.”

Uiteindelijk werd de film na tweeënhalf jaar ontwikkeling inderdaad gemaakt. “Wat iedereen in New York om me heen snel vond. Maar ik was een sneller traject gewend, dus voor mijn gevoel duurde het heel lang.”

Bleek er in het contract te staan
dat de film minstens negentig minuten moest duren
om een bioscooprelease te krijgen

Wrang genoeg werd De Jongs Amerikaanse film uiteindelijk onder een te hoge tijdsdruk gemaakt. “Ik kreeg in maart een ‘go’ en we moesten in juni gaan draaien. Die voorbereidingstijd was te kort, waardoor we tijdens de opnames veel hebben moeten aanpassen. Op zich hoort dat bij filmmaken, maar voor mijn gevoel kwam het de film niet ten goede.”

Op de set voelde De Jong zich vaak meer een maatschappelijk werker dan een regisseur, omdat hij veel tijd kwijt was aan het begeleiden van de talentvolle maar onervaren hoofdrolspeler. Ook de post-productie was een worsteling. “De meeste van mijn films zijn rond de tachtig minuten en ook bij Goldie had ik een versie van die lengte waar ik zelf heel tevreden over was. Bleek er in het contract te staan dat de film minstens negentig minuten moest duren om een bioscooprelease te krijgen. Toen moest ik er tien minuten bijsnijden, wat ik echt een teleurstelling vond en wat de film voor mijn gevoel ook minder pakkend maakte. Na dit moeizame proces heb ik Goldie nooit meer in de bioscoop willen zien. Terwijl ik zeker weet dat ik Met Mes nog vaak in de bioscoop ga kijken.”

Machtsverhouding

Ik ben daar van mijn idee afgestapt dat ik documentaires wilde maken. Ik vond de machtsverhouding ingewikkeld en ook scheef. Maar ik had wel altijd het idee dat het een interessante ingang is voor een film. Toen Erik me benaderde met het idee van een leugen die een kettingreactie veroorzaakt, vond ik dat op zich een interessant gegeven. Maar ik wilde dat wel koppelen aan het personage van Eveline, zodat het ook over mijn rol als filmmaker zou gaan. En om de vraag wat de macht is die je als mediamaker hebt. En hoe goede bedoelingen en ijdelheid vaak heel erg door elkaar heen lopen.”  

In het begin was dat nog wel wennen. “Tonaal is het een heel vervreemdende film geworden. Mijn producent Erik Glijnis van Lemming Film moest in het begin ook even schakelen, omdat het wel heel erg uitgesproken was. Maar ik zat laatst met mijn mixer Vincent te kijken en hij vond dat het ondanks alle gekte wel een coherent geheel was geworden.”

Waar kwam de inspiratie voor Met Mes vandaan?
“Daarvoor moet ik terug naar mijn tijd op de Filmacademie. Ik deed daar eerst documentaire en pas later fictie. Ik ben in mijn eerste jaar met een medestudent naar het Griekse Patras gegaan om de vluchtelingencrisis te documenteren. We waren heel bleu en naïef, met onze cameraatjes. Het was voor mij een hele belangrijke ervaring, omdat ik eigenlijk op de feiten werd gedrukt van: wie denk je wel niet dat je bent? Dat je hier met je camera ons leed kan komen filmen? Jij gaat ons hier echt niet uithalen. Of wel soms? We werden omcirkeld door een groep jongens en ik moest toegeven: het klopt wat jullie zeggen. We gaan jullie hier niet uithalen en wie denk ik wel niet dat ik ben om jullie misère te komen vastleggen. Tuurlijk, er moet zichtbaarheid zijn, maar misschien is dat meer een journalistieke opdracht. En wij hadden wel duidelijk artistieke ambities.

In Met Mes wil Youssef de ontvreemde videocamera ruilen voor de hippe zonnebril die hij begeert. In die zin sluit Met Mes aan op je eerdere films, waarbij het ook om het bezit van een luxe voorwerp ging, zoals de paarse Lamborghini in Prins en de gele bontjas in Goldie.
Met Mes betekent voor mij wel de afronding van films maken vanuit een dergelijk gegeven. Prins en Goldie waren voor mijn gevoel films die over identiteit gingen. Het waren ook verhalen waarbij ik mezelf herkende in de personages, in hun eenzaamheid, in een soort woede en destructiviteit, die ik ook had als tiener. Maar tegelijk waren het verhalen over mensen uit een ander sociaal economisch milieu dan het mijne. Ik vond het belangrijk om daar in Met Mes op te reflecteren. Om te kijken naar waar ik zelf vandaan kom en hoe ik dat nu in een andere context probeer te plaatsen. In feite rond ik af waar ik met die eerdere films mee ben begonnen. Ik ben al een tijdje bezig met een plan over een ouder personage en daar ga ik nu mee verder.”

Kun je daar al iets meer over vertellen?
“Het wordt een film waarin ik terugkijk op mijn eigen jeugd in Durgerdam, onder de rook van Amsterdam. Het gaat over een disfunctioneel gezin en daarin leg ik de focus op een moeder-zoonrelatie, met een moeder die zich losmaakt van haar moederrol. De emancipatie van een moeder.”

In Met Mes lijken de dialogen echt uit het leven van een filmmaker gegrepen. Zoals de editor die over Eveline’s documentaire zegt: het is goed als het schuurt. Dat is volgens mij typisch zo’n opmerking die makers maar ook dramaturgen te pas en te onpas in de mond nemen.
“Ja, klopt. Dat Eveline een hedendaagse documentaire versie van The Wire wil maken, en dat ze de neoliberale samenleving wil ontleden; dat zijn van die pretentieuze teksten die je om je heen hoort als je op de Filmacademie zit en die ik zelf ook vaak genoeg heb gebezigd. En nog steeds! Bijvoorbeeld in de edit. Dan klink ik precies zo als Eveline in de film. Mijn editor heeft dat trouwens ook, opmerkingen als ‘het is goed als het schuurt’. Editors kunnen ook heel voorzichtig tegen je gaan praten, als ze iets zien dat nog niet goed is, maar wat jij als regisseur nog niet doorhebt. Dat hij dan met een bepaald eufemisme er je aandacht op probeert te richten, omdat je als maker nogal kan schrikken en heel erg in de verdediging kan schieten.

Als de editor min of meer per ongeluk het woord pretentieus gebruikt om Evelines documentaire te beschrijven, zie je hem ook meteen kijken of hij nu niet het verkeerde heeft gezegd.
“En als Eveline dan geschokt reageert, zegt hij ook meteen: Nee, nee, ik speel alleen maar even advocaat van de duivel. Heel herkenbaar.”

Met Mes is volgens De Jong beïnvloed door het werk van internationale grootheden als Takeshi Kitano en Aki Kaurismäki. “En wat art direction en kleding betreft door Memphis, een Italiaanse designstroming uit de jaren tachtig. Een soort Bauhaus meets Fisher Price, een schreeuwerige stroming, die met alle regels spot maar ook iets heel speels heeft. Dat paste voor mijn gevoel goed bij een satire op de neoliberale samenleving.”

Foto Gusto Entertainment

Als scenarist en regisseur begint De Jong al tijdens het schrijven over de vorm van de film na te denken. “Het eerste schrijfproces was dit keer relatief kort, ook weer als reactie op Goldie. Vervolgens ben ik blijven schrijven tijdens de gesprekken met de verschillende heads of department, zoals production designer Myrte Beltman en cameraman Emo Weemhoff. Emo heeft veel gevoel voor theater en mise en scène, over de stilering van het spel. We bespraken samen hoe we de personages door de ruimte wilden laten bewegen.

Bij mijn vorige films werkte ik vaak met niet-professionele acteurs, wat leuk en uitdagend was, maar dan moest ik me als maker eigenlijk steeds aan hen aanpassen. Bij Met Mes wilde ik dat omdraaien. Daarom heb ik in een vroeg stadium besloten dat ik dit keer met professionele acteurs wilde werken, die konden uitvoeren wat ik in gedachten had. Dat was fijn en bovendien kun je daar bij het schrijven ook al op inspelen. De vervreemdende, magisch-realistische toon van de film, die je bijvoorbeeld terugziet in de scène waarin diverse personages in een magisch bosje verdwijnen, kreeg tijdens het schrijven al vorm.

Alle input die ik kreeg, heb ik meegenomen in de re-writes. Ik probeerde het shooting script elke keer aan te passen, na elke voorbereidingsdag. Ik neem aan dat de meeste makers dat doen, maar ik ging door tot het moment dat de productieleider zei: nu moet je stoppen met blauwtjes. Nu moeten we echt dat script op slot gooien. Dat heb ik toen ook maar gedaan.”

Met Mes draait sinds 14 april 2022 in de bioscopen.

Wat zoek je?