De touwtjes in handen

Dit weekeinde is het derde seizoen van politieserie Undercover online gegaan, een samenwerking tussen de Belgische publieke omroep VRT en Netflix, die ook al de film Ferry (2021) opleverde. De serie is een groot succes, zowel in België als daarbuiten, maar in Nederland was geen omroep voor het project te porren, vertelt Nico Moolenaar, bedenker, hoofdschrijver en showrunner van Undercover.

Tom Waes en Frank Lammers in het derde seizoen van Undercover.

Als we elkaar een aantal weken voor de release van het derde seizoen via Zoom spreken, maakt Nico Moolenaar een ontspannen indruk. De politiethriller waarin undercoveragent Bob Lemmens (Tom Waes) de wereld van de georganiseerde misdaad induikt, zal binnenkort wereldwijd beschikbaar zijn om te streamen, maar Moolenaar probeert zich niet al te veel bezig te houden met de ontvangst. Hij leest weinig van wat er over de serie wordt geschreven, al krijgt hij af en toe wat mee van zijn vaste schrijfcompagnons Bart Uytdenhouwenen Piet Matthys. En al is hij bij elk aspect van de productie betrokken geweest, van de casting tot de montage. Het is een even veeleisende als dankbare rol voor de schrijver, die de touwtjes graag in handen houdt.

Undercover is één van de eerste Netflix Original series in Europa. Hoe is dat tot stand gekomen?

“De serie is begonnen bij producent De Mensen, die vroeg of ik iets kon bedenken rond acteur Tom Waes. In dezelfde periode speelde ik met de gedachte om een serie over undercoveragenten te maken. Ik besefte dat dat weleens iets voor hem zou kunnen zijn. Toen hebben we het project gepitcht aan VRT. Die was enthousiast en vroeg ons om een pilot te schrijven.

Aangezien de serie zich afspeelt in de grensstreek tussen Nederland en België, wilden we in eerste instantie een coproductie aangaan met een Nederlandse omroep. Alleen was er vanuit die hoek weinig interesse. We kregen steeds de vraag: ‘Wat is de toon? Is het spannend of grappig?’ Ik dacht: het is beide! Het is spannend én grappig en hopelijk ook ontroerend. Maar de meeste omroepen die we spraken, zagen het niet zitten of hadden geen toereikend budget. Toen kwam het pilotscript bij Netflix terecht, dat op zoek was naar een serie om uit te brengen als eerste Nederlandstalige Original. Daarna is het heel snel gegaan.”

Hoe was het om samen te werken met Netflix?

“Goed, ze waren heel enthousiast. Zij geloofden in de pilot en gaven ons de vrijheid om te doen wat wij voor ogen hadden. Undercover valt onder hun coproductieteam, wat wil zeggen dat Netflix zich niet al te veel bemoeit met de inhoud en ze de creatieve notes grotendeels overlaten aan de VRT. Ze laten ons dus behoorlijk vrij.”

Nico Moolenaar (midden) op de set, met rechts acteur Tom Waes. foto NyklyN

Jullie werken met een writers’ room. Hoe verdelen jullie de taken?

“De kern van het team bestaat uit drie schrijvers. Naast mijzelf zijn dat Bart Uytdenhouwen en Piet Matthys. Daar komen ieder seizoen ook andere schrijvers bij, deels uit Nederland (Eveline Hagenbeek en Lars Damoiseaux in seizoen één, Thomas van der Ree in seizoen drie, red.).

We werken met zijn allen en leggen gezamenlijk de beats voor iedere aflevering. Daarna gaat iedereen naar huis om te schrijven. Meestal werken Piet en Bart ieder de helft van een aflevering uit en werk ik ondertussen aan een aflevering die ge-edit moet worden. De eindversies worden altijd door mij gemaakt. Er zit niet een heel vast systeem in, we werken een beetje à la carte. In ieder geval heeft iedere schrijver aan het einde van de rit een bijdrage geleverd aan elke aflevering.”

De serie heeft een sterk Nederlands tintje, maar volgens Anna Drijver was het heel anders om in België te werken. Het viel haar op dat de productie van Undercover pas begon toen de scripts écht klaar waren, terwijl scripts in Nederland in haar ervaring worden afgeraffeld om niet uit te lopen op de planning (bron: Podcast over Media). Herken je dit?

“Om het iets te nuanceren: het is niet dat we deadlines niet halen of de productiestart uitstellen, maar we pushen wel onze limieten en stoppen pas als het goed genoeg is. Als de tien scripts nog niet klaar zijn als de productie gaat beginnen, starten we met de scripts die we wel al hebben en schrijven ondertussen zo snel mogelijk door. Zo hebben we iets meer tijd.

Een groot verschil met Nederland is dat het vaste schrijfteam fulltime in dienst is om aan de serie te werken. We krijgen veel tijd om een seizoen te schrijven, minimaal een jaar. Dat geeft ons ook de tijd om fouten te maken. Als iets niet werkt, gooien we het weg en gaan we een paar stappen terug. Ieder seizoen hebben we maanden aan werk weggegooid omdat we er tijdens het schrijven achter kwamen dat iets toch niet werkte. Dat kan alleen omdat we geen andere verplichtingen hebben.

Als ik mijn Nederlandse collega’s moet geloven is daar in Nederland vaak geen tijd en geld voor en moeten mensen meerdere jobs tegelijk aannemen.”

Nazmiye Oral

Is tijd nodig om iets goeds te maken?

“Het geeft ons ruimte om te ontdekken wat we willen maken. In het begin nemen we vaak veel tijd voor een aflevering. De latere afleveringen schrijven we sneller omdat we dan tijdsdruk voelen en de harde noten al gekraakt zijn. Onze producent zou een hartaanval krijgen als hij wist hoeveel werk we weggooien, maar gelukkig vertrouwt hij ons en laat hij ons met rust totdat de scripts er zijn.”

Naast hoofdschrijver ben je ook showrunner van de serie. Je draagt dus veel petten. Is het lastig om het overzicht te behouden?

“Niet echt. Scenaristen hebben altijd het meeste overzicht bij het maken van een serie. Je bedenkt het, van iedere zin weet je waarom je die schrijft, dus overzicht is er automatisch.

Dat wil niet zeggen dat het altijd een makkelijke of aangename job is. Het is mijn taak om iedereen mee te krijgen in de visie die we met de scripts hebben neergezet, maar als iets niet duidelijk is of niet blijkt te kloppen, dan komen er vragen of opmerkingen. Dat kan weleens leiden tot stevige gesprekken.

Aan de ene kant wil je verdedigen wat er geschreven is, maar je moet ook de input en eigenheid toelaten van iedereen in het team. Daar moet je balans in vinden. Je kunt niet tegen een regisseur zeggen: ‘Dit is de opdracht, voer die maar letterlijk uit’.”

Heb je ambitie om ook te gaan regisseren?

“Als het goed is ga ik dat volgend jaar doen. Ik heb iets te vaak tegen regisseurs gezegd: ‘Anders doe ik het zelf wel!’ Het wordt tijd om mijn grote mond te houden en het maar eens waar te maken. Doodeng, want het is veel makkelijker om achter een regisseur te staan en te zeggen ‘dit werkt niet’, dan het allemaal zelf onder hoge tijdsdruk te moeten doen.”

Frank Lammers en Elise Schaap

Wat heeft je het meest verrast tijdens het maken van Undercover? Is er een moment geweest waar de uitwerking anders uitpakte dan je van tevoren had gedacht?

“Ja, bij de eerste aflevering van Undercover seizoen 1. De eerste montage was zo slecht dat ik ervan overtuigd was dat mijn carrière voorbij was. Ik had voor het eerst een serie gecreëerd en er klopte helemaal niks van. Dingen waren slecht gedraaid, raar geschreven. Ik had tijdens de eindredactie aanpassingen gedaan om het script te vereenvoudigen, maar daardoor waren essentiële scènes gesneuveld. De hele set-up van het verhaal bleek onduidelijk te zijn.

Gelukkig was het schrijfteam er op dat moment nog. Ik heb ze erbij gehaald om samen te kijken wat we konden doen. Grappig genoeg bleek de oplossing te liggen in oudere versies van het script. Toen hebben we een plan gemaakt om de gesneuvelde scènes in drie dagen te draaien. Vervolgens ben ik naar de producent gestapt en heb ik gezegd: ‘Er is goed nieuws en slecht nieuws. Het slechte nieuws: de serie is heel slecht, het goede nieuws: ik weet hoe we het kunnen oplossen, maar dan moeten jullie wel extra investeren.’ Gelukkig ging de producent akkoord. Toen hebben we drie dagen gekregen en is de pilot veel beter geworden.”

Hoe combineer je al je taken eigenlijk? Schrijven en een serie runnen zijn twee heel verschillende dingen.

“Dat is best lastig. Als we in productie zijn, plan ik zoveel mogelijk meetings op één dag, zodat ik daarna weer een paar dagen kan schrijven. Maar het is niet makkelijk omschakelen. Ik heb vaak wel een dag nodig om weer in de tekst te kruipen.

Tijdens de fase waar we nu in zitten, voor de start van de productie, ben ik het meest geconcentreerd. Dan schrijf ik de hele dag en ben ik constant met de scripts bezig. Ik ben niet per se de hele dag productief, maar ik blijf altijd rond de computer hangen, omdat ik niet weet wanneer de inspiratie komt. Meestal lunch ik niet eens.”

Ferry is je eerste speelfilm. Hoe heb je het schrijven van die film ervaren?

“Dat was moeilijk. Deels omdat Netflix de film heel snel wilde hebben, hij moest namelijk uitkomen tussen het tweede en derde seizoen. Maar ook omdat er een hoop elementen waren waarmee we rekening moesten houden: welke personages erin konden zitten, wat er kon gebeuren; er zaten veel beperkingen aan.

Bovendien is een film echt iets anders dan een serie. Het voelde alsof we het wiel opnieuw moesten uitvinden. Op een gegeven moment hebben we er zelfs scenarioboeken bij gehaald omdat we ons afvroegen: hoe ziet een filmstructuur er eigenlijk uit en wat kunnen we ermee doen? Bij film moet je heel uitgekiend schrijven. Je hebt maar 90 minuten en daar moet je een heel verhaal in kwijt.”

Ben je bezig met nieuwe plannen? Is er leven na Undercover?

“In de zomer heb ik een script geschreven voor iets dat hopelijk mijn volgende project wordt. Volgend jaar weet ik waarschijnlijk of dat doorgaat.”

Jullie hebben jezelf internationaal behoorlijk op de kaart gezet. Lonkt de VS?

“De VS intrigeert me enorm, dus ik denk niet dat ik daar ‘nee’ tegen zou zeggen. Aan de andere kant hebben we hier een enorme vrijheid die we daar niet zouden hebben. Het liefst blijf ik werken zoals nu, maar met een groter budget. Of dat aan een Amerikaanse serie is of een grote serie in Europa maakt me niet uit.

Met de komst van streamers als Netflix liggen hier veel meer mogelijkheden dan voorheen. Daarom is het ook zo goed te zien dat een serie als Squid Game heel succesvol is, of Lupin, of De Slag om de Schelde. Het publiek is duidelijk niet alleen maar geïnteresseerd in Amerikaanse films en series.”

Wat zoek je?