Afleiding
Ik weet niet hoe het met jullie gesteld is, maar ik mis de bioscoop. Niet de hele dag. Niet eens iedere dag, maar zo af en toe, als ik bijvoorbeeld tijdens de dagelijkse wandeling door Amsterdam-Oost langs Studio K loop.
Om het nog erger te maken, bespeur ik daar dan soms ook nog enige activiteit. Niet dat er iets illegaals gebeurt, integendeel, maar ook hier wordt nog enige omzet gegenereerd door het verkopen van koffie, tosti’s en wat dies meer zij. Het zou me een lief ding waard zijn als bioscopen weer mogen doen waar ze voor gemaakt zijn, namelijk ons voor een paar uur uit de realiteit weghalen en ons in een andere werkelijkheid plaatsen, die soms lijkt op de onze en soms totaal anders is, maar die je meestal (niet altijd, er zit ook wel eens een mispeer tussen) met een verkwikt gemoed naar buiten doet komen.
Ik vermoed dat ik niet de enige ben die met dat gevoel rondloopt. Het is geen ondraaglijk lijden, meer een onderliggende aandoening. Films (of series) kijken is het probleem niet. Streamers zijn nog nooit zo populair geweest en ook de televisie heeft genoeg te bieden. Het is alleen een andere ervaring. Om te beginnen kost het me in de bioscoop nooit zoveel moeite om met mijn hoofd bij de film te blijven. En dan hoeft de film niet eens een meesterwerk te zijn om blijvende indruk achter te laten. Het zitten op die stoel, in het donker, met die over lichaam en geest heen spoelende mengeling van beeld en geluid, het blijft ook na al die jaren een onvergetelijke ervaring.
Thuis voor de buis zie ik ook mooie dingen. Ik weet nog dat ik op een zondagmiddag achter elkaar Mean Streets van Martin Scorsese en Badlands van Terrence Malick zag. Ook dat was onvergetelijk. Maar dat is de uitzondering. In de regel word ik thuis om de haverklap afgeleid. De telefoon gaat, de kat wil liefde, ik mis een stukje van de film en wil terugspoelen, ik heb zin in koffie, ik check m’n mail en zie iets waarop ik wil reageren, de koffie pruttelt, mijn vrouw wil wandelen, ik bedenk me dat ik deze column moet schrijven. Etcetera. De afleiding ligt continu op de loer.
En soms mis ik de bioscoop nog meer juist door wat er via andere kanalen te zien is. Zo zat ik laatst op Netflix een nieuwe productie te bekijken, het van filmstudio Universal overgenomen News of the World. In deze moderne western speelt Tom Hanks een voormalig legerofficier, die de taak op zich heeft genomen een bij de indianen opgegroeid meisje (de talentvolle Helena Zengel uit de Duitse dramaproductie System Crasher) door vijandelijk gebied naar haar familie terug te brengen. Een hele aardige, ambachtelijk gemaakte film, met een sterke Hanks en een nog betere Zengel, die er visueel voortreffelijk uitziet, ook op mijn televisie. Maar toch bleef ik denken hoe geweldig de film (en het landschap) er zou hebben uitgezien in de bioscoop, waar de film toch echt voor bedoeld was. Dan zou ik volledig in de film zijn opgegaan, nu bleef het een beetje behelpen.
Klein leed, in vergelijking met het vele grote leed dat ons continu omringt, maar toch: het wordt tijd dat het lente wordt – en dat de bioscopen weer opengaan!