Wel gemaakt, niet vertoond. Winkeldochters van het Nederlandse drama

Wie een uniek plan heeft voor een serie of film die de wereld beslist moet zien, weet dat een lang ontwikkelingstraject wacht, waarbij de kans groot is dat het project onderweg zal sneuvelen. Het hoort erbij. Treurig genoeg kan het ook na de productie nog misgaan. Er bestaan series en films die helemaal af zijn, maar niet worden vertoond.

Op 18 december 2014 kondigde Sony Pictures aan dat de release van de film The Interview, een comedy over een moordcomplot van de CIA tegen de Noord-Koreaanse leider Kim Jong-un, werd afgeblazen vanwege ‘ongekende misdadige aanvallen’. Hackers, vermoedelijk uit Noord-Korea, hadden ingebroken in de systemen van Sony en films gelekt die nog niet waren uitgebracht en ze hadden persoonsgegevens van duizenden medewerkers gestolen. De grote bioscoopketens waren al eerder afgehaakt. Zij waren bedreigd met aanslagen als ze zich zouden wagen aan de film, die Sony’s grote kerstkraker had moeten zijn.


The Interview niet uitbrengen? Cast en crew, Hollywood, de Amerikaanse politiek, zelfs president Barack Obama protesteerde. Toegeven aan intimidatie, ‘that’s not what America is about’. Uiteindelijk vond Sony zo’n 300 tot 600 onafhankelijke theaters die de film wel aandurfden én The Interview kwam onmiddellijk beschikbaar als Video on Demand. Die zet bracht binnen twee weken ruim 30 miljoen dollar op, een record voor online-verdiensten aan een film. Als The Interview overigens gewoon met kerst in 3.000 theaters in première was gegaan, had Sony dat bedrag al in het openingsweekend kunnen verdienen.

Maar het afblazen van The Interview was voorkomen. ‘We zijn trots dat de film beschikbaar komt voor het publiek en dat we weerstand hebben geboden tegen hen die probeerden de vrijheid van meningsuiting te beperken’,  liet Sony weten. ‘Het volk heeft gesproken! Vrijheid heeft overwonnen!’ twitterde Seth Rogan, scenarioschrijver en regisseur van de film. Zijn bericht werd 46.000 keer geretweet. Of het ook zo is? Uit Hollywood komen de eerste decennia waarschijnlijk geen Noord-Korea-comedy’s meer.

De Jacht

Zoveel aandacht voor het afblazen van een film of het niet uitzenden van een dramaserie zie je zelden. De betrokkenen hebben er meestal weinig belang bij om dit aan de grote klok te hangen. Een voorbeeld in Nederland is de De jacht, de Nederlandse remake van de Deense serie Den som dræber (Those Who Kill). Vanaf 23 mei wordt hij op SBS in dubbele afleveringen uitgezonden. Een recap.


November 2014: ‘We gaan Net5 in haar volle glorie herstellen!’, kondigt tv-baas Remko van Westerloo van de zendergroep SBS (SBS6, Net5 en Veronica) aan. Bagels & Bubbels, De mannen van dokter Anne, De jacht en Dagboek van een Callgirlmoeten ervoor zorgen dat in het voorjaar van 2015 een einde komt aan de lage kijkcijfers van de zender, die in zijn gloriedagen tot 700.000 kijkers scoorde met zowel binnenlands als buitenlands drama (De Co-assistent, Sex and the City, Grey’s Anatomy, Desperate Housewives).

Van De jacht, en De mannen van dokter Anne wordt lange tijd niets meer vernomen

Februari 2015: Remko van Westerloo wordt ontslagen. Net5 zendt tussen maart en mei 2015 Dagboek van een Callgirl en Bagels & Bubbels uit, maar de series scoren slechts tussen de 260.000 en 447.000 kijkers (Bagels & Bubbels overigens ondanks zeer positieve recensies). Voor de opvolger van Remko van Westerloo, Peter Lubbers, is dat kennelijk het signaal om in te grijpen. Van De jacht, en De mannen van dokter Anne wordt lange tijd niets meer vernomen.

Tot het Nederlands Filmfestival van 2015. Daar is een voorvertoning van de eerste twee afleveringen van De jacht . Er is nog geen datum voor de tv-uitzending. En dan is er vanaf dit voorjaar alsnog duidelijkheid. De serie wordt sinds 23 mei uitgezonden bij SBS en niet op Net5 Om de dubbele afleveringen kracht bij te zetten is er flink publiciteit gemaakt met kreten als: ‘bloedstollend’ en ‘met bonkend hart voor de televisie’. De eerste twee afleveringen trokken zo’n 900.000 kijkers, waarmee De jacht voorlopig een succes lijkt. Maar toch roept de planning vragen op. Waarom dubbele afleveringen en waarom in de zomerperiode, als de populairste programma’s meestal juist stoppen? Wil SBS de serie er snel doorheen jassen of zit er een andere, positievere gedachte achter? En wanneer gaat Dokter Anne met haar mannen van de plank bij Talpa? Helaas heeft SBS geen gelegenheid of behoefte om vragen te beantwoorden. Deze week meldde het AD dat programmabaas Peter Lubbers nu ook op het punt staat om op te stappen, naar verluidt wegens ruzie met grootaandeelhouder John de Mol.

Zuur

“Wie in dit vak zit weet dat veel projecten sneuvelen, vaak al in de ontwikkelingsfase. In dat licht is het best een beetje zuur dat sommige kant en klare, dure producties stof liggen te verzamelen.”

Nee, dit gaat niet over Dokter Anne. Al twee jaar ligt ergens in Nederland een volledig voltooide, 13-delige animatieserie klaar. Hij kan zo op tv. Muziek, titels, alles is af en de scenaristen, Marc Veerkamp en Tingue Dongelmans, hebben al in 2013 hun honorarium ontvangen. Veerkamp: “Het is een avonturenserie met veel vaart, veel slapstick. Een heel mooi project. Live action-series met exotische locaties en effecten zijn voor ons land vrijwel onbetaalbaar, maar omdat het een animatiereeks was konden wij onze personages moeiteloos over de hele planeet laten reizen. We werkten samen met hele goede animatoren.”

Maar bij een animatieserie van deze omvang zit er behoorlijk wat tijd tussen het schrijfproces en het eindproduct. Plannen voor allerlei activiteiten en projecten die gekoppeld waren aan de serie, werden uitgesteld of zelfs afgelast en dat gebeurde ook met de serie zelf.

“Dat knaagt”, aldus Veerkamp. “Je maakt iets voor een publiek. Er zitten ideeën, kleine beschouwingen en grappen in die je wilt delen. Ik lig er misschien niet wakker van, maar het voelt onaf. En er is meer: het is een ambitieus project, voor een publiek dat wat ouder is dan de kinderen die kijken naar andere animatieseries van eigen bodem, zoals Nijntje of Sprookjesboom. Zoiets maken we niet vaak in Nederland, eigenlijk nooit. Deze serie kan aantonen dat het wel mogelijk is en een stimulans zijn voor nieuwe initiatieven.”

Om allerlei externe redenen kan het misgaan met films of dramaseries die op het punt staan te worden gemaakt, klaar zijn of zelfs al worden uitgezonden. Nieuwe bazen met nieuwe wensen, beoogde hoofdrolspelers die het laten afweten net voordat de film wordt gedraaid, producenten die failliet gaan, sluikreclame die tot hoge boetes leidt. Zo werd de jeugdserie De bende van Sjako (TROS/Eyeworks) na één aflevering geschrapt omdat hij ‘te eng’ was voor het Kijkwijzeradvies van 6+. Tot treurnis van de makers, onder wie de auteur van dit artikel. Gelukkig kwam Sjako, maanden later en aangepast, alsnog op tv. Externe factoren zijn heel vaak de stoorzender, maar soms is het de kwaliteit. Al kunnen de meningen daarover verschillen.

De overgave

‘Tenenkrommende polder-sm’, ‘Tamme seks’, ‘Eersteklas rommel’, ‘Dat ook maar één serieuze filmmaker geen subsidie heeft gehad omdat dat geld naar  De overgave is gegaan, is onverdraaglijk.’ Negatief tot vernietigend waren in 2014 de recensies van De overgave van Paul Ruven, een spin-off van de hype rond de erotische ‘Vijftig tinten grijs’-boeken. De film zou in 50 à 60 kopieën worden uitgebracht, maar A-film schrapte de marketingcampagne en geen bioscoop in Amsterdam wilde hem vertonen. Alleen om het publiek toch een kans te geven de film te zien, besloten de Uitkijk (eenmalig) en het Ketelhuis (zeven keer, waarvan één keer met nagesprek met Paul Ruven) de film te programmeren.

In dat licht is het verrassend om het recente boek van Ruven te lezen ‘Filmervaringen uit de praktijk – wat ik niet op filmschool leerde’. Ruven wijt de ondergang van De overgave niet aan de inhoud, maar aan de distributeur: ‘Wat was er eerder? Dat A-Film enorm grote geldproblemen had, of dat ze de film slecht vonden? Het antwoord is dat ze al tijden geen geld hadden. En zeker niet om de film tot een evenement te maken. (…) A-Film zou zeker lekken dat het een slechte film was in plaats dat ze zouden zeggen dat ze geen geld konden betalen en zij contractbreuk pleegden.’
Volgens Ruven wílde A-Film niet dat De overgave ging draaien in de Pathé-bioscopen, ‘omdat ze anders vier maanden met Video on Demand moesten wachten. Ze hadden snel geld nodig (…). Dat betekende dat de film kansloos en zonder enige marketing in tien kleine bioscoopjes ging draaien, zoals in het Drentse Hoogeveen. (…) Ik was en ben nog steeds blij met deze film. Ik vind het een interessante film, die grenzen opzoekt, een interessante stelling als basis neemt en daarbij horen risico’s.’

In zijn boek gaat Ruven ook in op de ontstaansgeschiedenis van Het bombardement en Ushi must Marry, beide ook niet enthousiast ontvangen films. Als machteloze speelbal van hogere machten in de Nederlandse filmwereld is Ruven niet per se geloofwaardig, maar zijn praktijkverhalen zijn onderhoudend om te lezen.

Au

“Projecten waarmee iets is misgegaan?” Schrijver en scenarist Tomas Ross begint te lachen als hij de vraag krijgt voorgelegd. “Daar heb ik een flinke stapel van liggen ja.” In het segment ‘wel gemaakt, niet uitgezonden’ onder andere Op eigen risico, een spannende serie met Rijk de Gooijer voor de VARA (1984). Voor 472.000 gulden was al een pilot gedraaid, het contract stond op het punt te worden getekend, maar toen stapte VARA-directeur Maurice Koopman plotseling op en meldde zijn opvolger Marcel van Dam dat er geen geld was. “Ik heb nooit helemaal begrepen wat er achter zat”, zegt Ross.


Eén project springt eruit: de dramaserie Au uit 1997, die Ross maakte samen met de in 2002 vermoorde filmmaker Theo van Gogh. “Het begon met een verzoek van de TROS: Achmea wilde graag aandacht voor verzekeringen. Om problemen met het  Commissariaat voor de Media voor te zijn, hadden ze bedacht dat wij een dramaserie mochten maken waaraan geen enkele voorwaarde zat, behalve dat het iets met verzekeringen te maken moest hebben. Alles op kosten van Achmea. Zij zouden het sterblok ervoor en erna kopen, en dan zou het publiek de link vanzelf leggen, dachten ze.
Toen hebben we een totaal zwartgallige dertiendelige serie geschreven, met Peer Mascini als een huisarts die zijn patiënten haat. Hij laat ze wachten omdat hij porno kijkend zit te masturberen, hij weigert een feministe te behandelen, gaat tekeer tegen migranten en negers, krijgt te maken met een scheldende Gil de la Tourette-patiënt in de wachtkamer.
Kortom, helemaal wat je je bij Van Gogh kunt voorstellen. En de vrouw van de arts, Olga Zuiderhoek, was een antroposofe die voortdurend regendansjes in de tuin deed en met zalfjes in de weer was.


De serie was vreselijk leuk om te maken. We verbaasden ons erover dat er geen enkel toezicht was en ik heb wel eens gezegd dat ik niet dacht dat -ie goedgekeurd zou worden. Maar het verdiende heel goed. Ik schreef een script, vooral de plot eigenlijk, in twee dagen. Theo deed graag de dialogen. En hij draaide ergens in een huis in Hillegom, één dag per aflevering. We waren al bijna klaar toen iemand van Achmea vroeg of ze eens konden zien wat het was geworden. Ze schrokken zich helemaal kapot.
Het was ook niks. Geen touw aan vast te knopen. Ik was niet eens teleurgesteld, ik had het zien aankomen. Maar Theo was woedend, razend dat ze het niet wilden uitzenden. Hij heeft het materiaal op een of andere manier teruggekocht en er nog een film van gemaakt. Die was ook onbegrijpelijk en is alleen op video uitgebracht.”

Foto Thomas Ross: Ben Kleyn

Wat zoek je?