‘One Night Stand’ wordt ‘Centraal’
Op dit moment is de twaalfde reeks One Night Stand-films op NPO 3 te zien, maar na de editie van volgend jaar is het definitief voorbij. De filmreeks wordt vervangen door een nieuw concept, Centraal, zo werd begin november bekend. Wat is Centraal precies? En wat voor rol spelen dit soort trajecten bij de ontwikkeling van filmtalent in Nederland? Marina Blok, hoofd drama bij de NTR, en scenarist Mieke de Jong, die betrokken is bij de ontwikkeling van Centraal, geven tekst en uitleg.
One Night Stand, een initiatief van de VARA, VPRO en NTR in samenwerking met het Stimuleringsfonds Nederlandse Culturele Omroepproducties, het Filmfonds en het CoBO-fonds, biedt talentvolle, veelal nieuwe makers de kans een fictiefilm van vijftig minuten te maken. De films, die elk jaar hun première beleven op het Nederlands Film Festival, werden in 2004 voor het eerst op televisie uitgezonden en inmiddels zijn er meer dan tachtig geproduceerd.
De makers moesten zich de laatste jaren houden aan een overkoepelend thema. Voor de komende (en laatste) editie is dat bijvoorbeeld ‘wraak’. Veel veelbelovende regisseurs en scenaristen vestigden met een One Night Stand hun naam, onder anderen Mischa Kamp, David Lammers, Anne Barnhoorn, Simone van Dusseldorp, Jaap van Heusden, Maarten Lebens, Boudewijn Koole, Michiel ten Horn, Jaap Peter Enderlé en Mees Peijnenburg.
Na de laatste serie films, waarvan de definitieve selectie onlangs bekend werd gemaakt en die volgend jaar in première gaan, wordt One Night Stand in 2019 vervangen door Centraal, een dramaserie die bestaat uit zes afleveringen van vijfenveertig minuten, die met elkaar verbonden worden middels één specifieke locatie: station Rotterdam Centraal. Alle afleveringen beginnen en eindigen op het station. De oproep voor makers om zich aan te melden ging deze maand online, begin januari is de deadline.
De aantrekkingskracht van Rotterdam CS
In een tijd waarin series steeds populairder worden, is bij Centraal bewust gekozen voor een meer seriematige opzet, waarbinnen makers hun eigen verhaal kunnen vertellen.
Marina Blok stond zo’n achttien jaar geleden aan de wieg van One Night Stand en ook bij Centraal was ze een van de architecten. Mieke de Jong werd in een vroeg stadium aangetrokken om mee te denken over een nieuwe opzet: “We zochten naar een format dat aan de ene kant de makers een zo groot mogelijke vrijheid gaf om hun eigen verhaal te vertellen, en aan de andere kant de kijkers houvast zou geven”, vertelt ze. “Ik heb voorgesteld om als locatie een groot station te nemen, omdat daarin de hele wereld samenkomt en omdat je daarmee een kader biedt voor de kijker. Een station heeft een grote mate van vrijheid in zich. Er zijn veel mensen, dus veel verhalen. Het is ook fijn dat het eens een keer niet in Amsterdam is, Rotterdam is een heel ander soort stad.”
“We vonden Rotterdam CS zo mooi”, voegt Blok toe. “En er zit een hele wereld van medewerkers achter de schermen van zo’n station. Van de zomer hebben we iemand gevraagd te onderzoeken wat de mogelijkheden waren. De gemeente Rotterdam vond het heel leuk om mee te doen en de NS ook, al is het natuurlijk best een lastige locatie, productioneel en qua veiligheidsvoorschriften. Ook voor producenten is het lastiger. Je kon eerst je eigen productie plannen, ergens tussen maart en juni, maar nu zit je aan een bepaalde volgorde vast, omdat het station moet weten welke ploeg wanneer komt.”
Niet alleen op productioneel gebied moet meer worden afgesproken, dat geldt ook voor de makers zelf. Naast een producent en een coach krijgen ze te maken met Mieke de Jong en de vijf andere (teams van) makers. Na de selectie van zes filmplannen die worden gerealiseerd, gaan zij onder leiding van Mieke de Jong verbindingen leggen tussen de verschillende afleveringen.
De Jong: “Dat kunnen kleine dingen zijn; bijvoorbeeld stationsmedewerkers die in verschillende scripts terugkomen en een eigen verhaallijntje krijgen. Het kan ook zijn dat een karakter uit de ene aflevering terugkomt in een bijrol in een andere aflevering. Met alle makers gezamenlijk worden de mogelijkheden besproken en uitgewerkt. Daarom is het belangrijk dat als je meedoet aan Centraal, je bereid bent om verder dan alleen je eigen aflevering te kijken en mee te werken aan het geheel.”
“Mieke heeft veel ervaring in het samenbrengen en begeleiden van teams”, aldus Marina Blok. “Ik denk dat het voor jonge makers heel fijn is om met haar te werken en te voelen hoe ze de serie naar een hoger plan kunnen tillen. Het vereist wel een andere instelling. Het gaat niet meer alleen om jou, maar ook om de gezamenlijkheid en de nieuwsgierigheid naar elkaars verhalen. Dat is heel leerzaam, want hoe doe je dat zonder je eigenheid te verliezen?”
Dwarsverbindingen leggen
Aan Mieke de Jong dus de taak om de verschillende verhalen na de treatmentfase bij elkaar te brengen. Hoe ziet die scenarioconstructie er in de praktijk precies uit? “De makers mogen zelf weten hoeveel gebruik ze maken van het station”, legt De Jong uit. “Je kunt er een hele aflevering laten afspelen, maar ook iemand volgen die meteen naar buiten gaat. Net als bij de One Night Stands werken makers hun eigen verhaal uit, maar zoals gezegd zijn er wel een paar bijeenkomsten waarin we dwarsverbindingen gaan leggen. Daarnaast is er de mogelijkheid om verhalen online verder uit te diepen.”
“Wat ik heel leuk vind, is dat in deze serie de ene aflevering een musical kan zijn en de andere een thriller”, zegt De Jong. “Dat de koffiejuffrouw bijvoorbeeld eerst zingend de koffie schenkt en zich twee afleveringen later ontfermt over een verwarde psychiatrische patiënt. Dit is iets heel nieuws. We gaan kijken hoe we het zo goed mogelijk kunnen doen. We zullen vast dingen tegenkomen waar we nog oplossingen voor moeten vinden.”
Als het gaat om de vraag of makers in deze opzet niet te veel in hun artistieke vrijheid beperkt worden, is Mieke de Jong stellig. “Met een vast thema heb je minder artistieke vrijheid en leg je makers inhoudelijk meer vast. Centraal heeft in die zin een opener opzet. Je hebt weliswaar een begin- en eindlocatie, maar daarbinnen ben je vrij. Dus hoe gek het verhaal ook is, als het maar op het station begint en eindigt kan het worden ingepast. Ik hoor van mensen die op het station gingen rondkijken en meteen veel inspiratie kregen. Maar voor sommigen zal het inderdaad lastiger zijn.”
Talentontwikkeling
Het idee voor een gezamenlijk traject voor talentontwikkeling ontstond in 1999. De VARA, VPRO en (toen nog) NPS hadden destijds ieder hun eigen traject, maar besloten de krachten te bundelen en zo meer budget te genereren. Het was de start van een intensieve samenwerking. Naast de trajecten voor Kort!, One Night Stand en De oversteek komen bijvoorbeeld ook series als A’dam – E.V.A. en Hollands hoop uit dit verband voort.
Marina Blok: “De samenwerking is in mijn ogen altijd erg goed gegaan; we hebben bij talentontwikkeling dezelfde bloedgroep, dezelfde kwaliteit en dezelfde onafhankelijkheid van makers en projecten voor ogen. We boden afgestudeerden de kans een boog van vijftig minuten uit te proberen, want dat is echt anders dan een korte film van tien of twintig minuten. Daarna zie je makers doorgaan naar debuutfilms of series, zowel bij de publieken als de commerciëlen. Er zijn mooie verhalen gemaakt, met een eigen signatuur, die een flink aantal Gouden Kalveren hebben gewonnen voor beste televisiedrama, wat best uitzonderlijk is.”
One Night Stand is onderdeel van het gezamenlijke Deltaplan Talent van eerdergenoemde omroepen en fondsen (meer hierover onderaan dit artikel). Blok ziet in de ontwikkelingstrajecten interessante samenwerkingen ontstaan: “Je neemt veel meer mee dan alleen dat ene filmpje, je bouwt ook aan een netwerk. Vooral scenaristen zitten na hun afstuderen soms in hun eigen bubbel. Dan is het prettig om met anderen in aanraking te komen. Ook voor regisseurs is het fijn, vind maar eens iemand die je alter ego is, die precies kan opschrijven wat jij bedoelt. Die matches zijn best ingewikkeld.”
Schrijvers en regisseurs worden in het One Night Stand-traject begeleid door dramaturgen van de omroepen, maar kunnen ook externe scriptcoaches inhuren. Blok leest als eindredacteur alle versies mee. Ze kent de sceptische geluiden over de omroepen. “Er wordt soms door de buitenwacht kritisch naar gekeken: komen die omroepen weer met hun mensen. Maar er ontstaan hele leuke samenwerkingen, iedereen staat als het goed is in dienst van het verhaal.”
Aankomende scenaristen
One Night Stand is vooral een project geweest gericht op nieuwe regisseurs, maar hoe kunnen aankomende scenarioschrijvers nu het beste te werk gaan als ze willen meedoen? Marina Blok geeft toe dat het voor scenaristen vaak lastiger is om zich via een traject als One Night Stand of Centraal te profileren. “Ik weet ook wel dat bij het Netwerk Scenarioschrijvers veel meer mensen zijn ingeschreven dan het kleine clubje dat wij vaak voorbij zien komen en dat is gematcht met een regisseur. En die komen vaak van de Filmacademie of de HKU. Dus ik zie ook wel dat een hele groep daarbuiten valt, voor wie het moeilijk is ertussen te komen.
Maar als schrijver ben je ook ondernemer. Je kunt altijd afspraken maken met producenten en omroepen waarvan je denkt dat die bij je passen. Natuurlijk, we hebben het allemaal druk, maar ik vind wel dat we daar ruimte voor moeten maken. We hebben het ontwikkelen van nieuw talent allemaal hoog in het vaandel. Die spiegel proberen we elkaar bij de omroepen wel voor te houden.”
Deltaplan Talent
Het Deltaplan Talent is het driestappentraject voor nieuwe makers, die bij zowel het maken van een korte film, een One Night Stand als een lange speelfilm intensief begeleid worden. Dat hoeft overigens niet per se in die volgorde. Makers kunnen dit traject doorlopen om hun naam te vestigen in film- en televisieland.
Het Deltaplan biedt veel mogelijkheden voor jong talent, maar creëert ook een soort onbedoelde maatstaf waarbij niet iedereen zich prettig voelt. Maar het Deltaplan, waarvan de term overigens niet door de eindredacteuren van de betrokken omroepen is verzonnen, is niet de enige weg voor nieuwe makers, wil Marina Blok benadrukken.
“Wij waren bezig met Kort! en daarnaast vonden we het belangrijk dat er films van vijftig minuten kwamen, omdat dat een goede lengte is om mee te oefenen. Ook wilden we dat er extra energie gestopt werd in langere films. En dan is er iemand die denkt: ik doe er een strik omheen en noem het Deltaplan. Bij documentaires heb je ook dit soort stappen, maar daar zit niet die strik omheen.
Het is geen verplicht nummer. Er zijn mensen die van de HKU meteen instromen in een One Night Stand en die nooit een kortje maken. En ook mensen van de Filmacademie, zoals Sam de Jong, die alles overslaan en meteen een speelfilm maken en naar Amerika vertrekken. Het maakt ons niet uit, wij willen een goed nest zijn voor mensen die willen leren en verder willen komen. En vooral mooie verhalen willen vertellen.”
Foto’s: Twee keer Rotterdam Centraal, Mieke de Jong en Marina Blok