NPO-webseries scoren, maar de makers lopen weg

De NPO heeft de afgelopen jaren de ene na de andere successerie voor jongeren weten te lanceren op YouTube. Series als De Slet van 6 VWO, Vakkenvullers en Herres wisten miljoenen kijkers aan zich te binden. Een unieke prestatie, zeker gezien het feit dat het al tijden moeilijk is om deze doelgroep op lineaire zenders te bereiken. Maar wat is de keerzijde van dit succes, wat zijn de consequenties voor de makers die verantwoordelijk zijn voor deze series? En is de NPO via deze weg werkelijk in staat om jongere kijkers aan zich te binden?

Foto Stepping Stone

De cijfers uit kijkonderzoek laten al jaren dezelfde trend zien: de lineaire zenders van de NPO zijn sterk aan het vergrijzen. De gemiddelde leeftijd van de NPO-kijker ligt ver boven de vijftig. NPO 3 is weliswaar de zender met de jongste doelgroep in het zenderpakket, maar is met een gemiddelde leeftijd van 47 jaar amper een jongerenzender te noemen, terwijl dit wel degelijk wordt beoogd. Wie deze cijfers ziet, is geneigd te denken dat de NPO als organisatie de binding kwijt is met jongere kijkers, maar een reeks online successeries heeft de afgelopen jaren het tegendeel bewezen.

Dit succes begon in 2017 met De Slet van 6 VWO, een jongerenserie over sexting gesitueerd op een middelbare school, bestaande uit korte afleveringen van circa vijf minuten. Het was de eerste dramaserie die werd uitgebracht op het YouTube-kanaal van NPO 3 en was een groot succes. “Toen we begonnen had het kanaal twaalfhonderd abonnees. Een paar dagen nadat wij uitkwamen, waren dat er 12.000”, aldus David Cocheret, regisseur van ‘De Slet.  Inmiddels reiken de best bekeken afleveringen boven een miljoen. Niet lang hierna volgde Vakkenvullers, een komedieserie over supermarktmedewerkers, wederom gericht op een tienerdoelgroep en wederom bestaande uit korte afleveringen. De teller van de allereerste aflevering staat inmiddels op 1,2 miljoen kijkers.

Als deze cijfers iets laten zien dan is het wel dat de NPO, of beter gezegd Nederlandse makers die werken in opdracht van de NPO, heel goed in staat zijn om jongeren te bereiken, prikkelen en te vermaken. Dat jongeren lineair zijn afgehaakt, lijkt dus meer te zeggen over veranderend kijkgedrag dan over de inhoud van de aangeboden programma’s en series. “Tieners kijken echt geen NPO Start of lineaire TV meer, behalve wanneer ze samen met hun ouders kijken, maar voor een tienerserie werkt dat niet”, zegt Manju Reijmer, die als scenarist niet alleen verantwoordelijk was voor De Slet van 6VWO, maar ook schreef aan Vakkenvullers, Wacht FF en recentelijker Koeriers. “Ik wilde dat ze De Slet alleen zouden kijken en het er met elkaar over zouden hebben, niet met hun ouders, dan is het niet meer cool.” Hij was dan ook blij dat de NPO de stap zette naar webdrama: “Daar zit het publiek, dat is het medium dat ze begrijpen.”

Kentering

Het succes van de series heeft gezorgd voor een kentering. Vijf jaar na de release van De Slet maakt de NPO nauwelijks nog jongerendrama voor de eigen kanalen en is de focus vrijwel volledig verlegd naar online programmering (overigens geldt dit niet voor jongere kinderen, die worden bij Zapp nog volop bediend, zowel lineair als online). Ergens getuigt dit van een gezonde realiteitszin: waarom nog programma’s en series uitbrengen op een plek waar je weet dat de doelgroep zich toch al niet meer bevindt? Maar dreigt de NPO met deze aanpak niet juist de binding te verliezen met de doelgroep die ze willen bereiken? Het gevolg is namelijk dat jonge kijkers de NPO weliswaar steeds beter weten te vinden op YouTube, maar niet op de eigen kanalen. Daar staan de series die ze graag willen zien vaak niet op, ook niet op NPO Start, de eigen streamingdienst van de NPO.

Voor makers van tienerdrama is de consequentie van de online koers vooral dat ze kampen met kleine budgetten en de bijbehorende inhoudelijke beperkingen. De budgetten zijn de afgelopen vijf jaar weliswaar flink gestegen, maar liggen nog altijd een stuk lager dan die van lineaire series. Cocheret: “Het gaat de goede kant op, maar ik zou graag zien dat het nog een stap verder gaat, dat we tienerdrama kunnen maken dat zich kan meten met de producties die voor lineaire TV worden gemaakt. Maar daarvoor zouden de budgetten nog eens verdubbeld moeten worden.”

De schrijvers werken voor een veel te laag bedrag, net als de regisseur, de acteurs, etc

Zolang dat niet gebeurt zijn zowel makers als producenten genoodzaakt een groot deel van hun gebruikelijke gage in te leveren om de producties tot stand te brengen. Diana Sno, die samen met Nena van Driel schreef aan de aankomende NPO 3 webserie WTF beaamt dit: “Het moet ergens gecompenseerd worden, dus iedereen levert erop in. De schrijvers werken voor een veel te laag bedrag, net als de regisseur, de acteurs, etc. Aan alle kanten houdt iedereen elkaar in dit bedachte genre gegijzeld, terwijl het werk niet anders is dan het maken van reguliere TV. Het is niet alsof de scenarist denkt: het is webdrama, dus dat zet ik wel even op papier. Je steekt er exact evenveel energie in.”

Veel tienminutendrama

Naast budget is ook de lengte een beperking: “Wij hadden de opdracht gekregen om een serie te maken over jongeren en seks”, zegt Sno over WTF, “maar dat paste eigenlijk niet zo goed binnen de lengte van tien minuten. Als je echt iets wil zeggen over seks en jongeren, over de fouten die je maakt op die leeftijd en hoe je die vervolgens aankaart, dan is dat heel moeilijk binnen een format van acht keer tien minuten.” Ze zou graag zien dat de tienerdoelgroep ook op een bredere manier wordt bediend, met series en programma’s die ook buiten de mal van het korte webdrama vallen: “Nu is er een YouTube-kanaal waar veel tienminutendrama op wordt gezet, maar dat is vervolgens wel het enige dat je de doelgroep aanbiedt. Zo laat je een kans liggen om jonge kijkers ook te interesseren voor andere programma’s.”

Sno vraagt zich af of doelgroepen wel zo scherp gedefinieerd moeten worden. “Ik denk dat hun smaak vaak juist uitgaat naar dingen die eigenlijk voor volwassenen zijn gemaakt, zoals Mocro Maffia. Maak gewoon drama dat door heel veel verschillende leeftijden bekeken kan worden.”

Het recente succes van Het Jaar van Fortuyn onder jongere kijkers lijkt haar punt te onderbouwen. Als de series die ze kennen op hetzelfde platform staan als andere NPO-producties, zullen jongeren misschien eerder geneigd zijn om iets anders een kans te geven.

Neerbuigend

De beperkingen die online gelden, zijn op zich nog te verantwoorden als de projecten werken als springplank naar ander, groter werk, maar wanneer deze projecten niet meer worden gemaakt, blijft van dit voornemen weinig over. “Als jongeren de doelgroep zijn waar je graag dingen voor maakt, dan is er eigenlijk nergens plek”, aldus Sno. Makers van tienerdrama worden dus in feite gedwongen om genoegen te nemen met een klein budget en hun creatieve ambities bij te stellen, of hun heil elders te zoeken. Omroepen zien het probleem wel, maar verwijzen voor de budgetten naar de NPO. Nu er veel onduidelijkheid bestaat over de personele bezetting binnen de publieke omroep en ook de toekomst van het NPO-fonds, ziet het er niet naar uit dat de situatie snel zal veranderen.

Volgens Reijmer komt dit vooral omdat tienerdrama nog steeds niet wordt gezien als een volwaardig genre: “In Amerika worden series gemaakt als Riverdale, The chilling Adventures of Sabrina, Outer Banks, Euphoria”, series die vermaken, maar de kijker ook uitdagen. “Daar is het een genre dat echt serieus genomen wordt, maar in Nederland lijkt niemand het interessant te vinden. Volgens mij komt dit door de manier waarop onze industrie naar tieners kijkt, namelijk vrij neerbuigend. Er wordt gedacht dat ze niks leuk vinden, of dat ze alleen maar zitten te gamen en op het internet rondhangen.”

Hij zou graag zien dat hier verandering in komt, aangezien tienerseries voor veel kijkers juist de eerste kennismaking zijn met dramaseries en een grote rol van betekenis in hun levens spelen. Hij spreekt uit eigen ervaring: “Ik was bruin en queer in fucking Gelderland en het enige wat ik had waren mijn tienerseries. Die maakten me zo gelukkig dat ik uiteinderlijk zelf schrijver wilde worden.” Voor Reijmer zijn het vooral de series die je als tiener zonder toezicht kijkt die een grote waarde hebben. “Dat zijn een soort eigen geheimpjes, die zelfs de meest eenzame tiener anywhere kunnen bereiken en een beetje hoop kunnen geven. Ik vind dat het allerbelangrijkste in de wereld.”

Jongeren zijn gewend dat ze iets kunnen aanklikken, dat het snel laadt en let’s go, maar zo werkt het helemaal niet bij NPO Start

Er zijn uitzonderingen. Zo werd, na drie succesvolle seizoenen op YouTube, besloten om De Slet van 6VWO ‘op te waarderen’ tot een serie voor de eigen kanalen (NPO 3 en NPO Start). Er kwam meer budget ter beschikking en de afleveringen werden langer (ca. 25 minuten). De serie werd begin 2021 stilletjes gelanceerd op NPO Start, om vervolgens uitgebracht te worden op NPO 3 in juni. De kijkcijfers vielen echter tegen: de serie wist per aflevering gemiddeld zo’n 100.000 kijkers te trekken, een groot verschil met de hoge kijkcijfers die de serie op YouTube haalde. Op NPO Start lagen de kijkcijfers nog een stuk lager (bron: Stichting Kijkonderzoek).

Aangezien een groot deel van de makers van de online reeks betrokken was bij de TV-editie, is het maar de vraag in hoeverre dit is toe te dichten aan de inhoud. Cocheret: “Online krijgen we zonder promotie veel views, maar lineair zit de doelgroep niet, dus tenzij je veel promotie maakt voor een serie als de onze, ga je ze daar ook niet vinden.” Reijmer, die zelf overigens niet betrokken was bij het vierde seizoen, ziet niet in hoe de eigen kanalen van de NPO op korte termijn jongeren aan kunnen trekken: “Dat is zo’n toekomstmuziek. Jongeren zijn gewend dat ze iets kunnen aanklikken, dat het snel laadt en let’s go, maar zo werkt het helemaal niet bij NPO Start.”

Foto NL Film & TV

Cocheret herkent dit: “Die app ligt zover achter op wat de streamers doen en daardoor verlies je de jeugd. Die zijn opgegroeid met zeer goed functionerende streamingapps, daar concurreer je mee.” Het gevolg is dat jongere kijkers NPO Start en lineaire zenders steeds meer links laten liggen, ziet Reijmer: “Als je nu een kwaliteitsserie als Euphoria bij de NPO zou uitbrengen, zou niemand daarnaar kijken.”

Overstap

De focus op webdrama en het uitblijven van volwaardige tienerseries, drijven niet alleen de doelgroep weg van de NPO, maar ook de makers van deze series. “Kijk naar mij, ik heb veel successen op het online platform gehad, maar ik wil geen webseries meer maken, vanwege de ruimte en budgetten die je krijgt. Het is voor mij niet rendabel meer”, aldus David Cocheret. Diana Sno: “Als maker ontgroei je webdrama vrij snel, want in tien minuten kun je niet veel vertellen en de budgetten zijn te klein.”

Ook Manju Reijmer trok deze conclusie. Hij maakte afgelopen jaar de overstap naar Videoland, waar hij als commissioning editor de aankoop en ontwikkeling van Nederlands drama overziet. Ook bij de streamingdienst zijn de mogelijkheden voor jongerendrama niet onbeperkt, ziet hij: “Voor een commerciële partij is het probleem dat tieners niet de grootste consument zijn, ze hebben minder geld dan volwassenen. Voor streamers zijn volwassenen die een abonnement nemen en daarna nooit meer weggaan interessanter.”

Desondanks heeft Videoland met H3L en Follow de Soa twee titels van eigen bodem waarmee gepoogd wordt om de doelgroep te bereiken. Ondertussen maakte Netflix afgelopen jaar Forever Rich, over een jonge Nederlandse rapper. Dat de NPO, waar kijkcijfers minder doorslaggevend zouden moeten zijn in de programmering, hier niet meer aan bijdraagt, is moeilijker te verklaren. Cocheret: “Ik hoop dat er een constructie komt waarbinnen de NPO weer volwaardige series en programma’s voor jongeren gaat maken.”

Ook Reijmer hoopt dat de doelgroep in de toekomst beter bediend zal worden. Hij heeft de hoop nog niet opgegeven: “Ik zou heel graag zien dat er een jongerenserie komt die de popcultuur van Nederlandse jongeren weet te grijpen, in al zijn diversiteit. Dat zou ik wel willen zien. De vorm maakt me niet uit, het gaat erom dat je de doelgroep bereikt.”

Wat zoek je?