De 14 genres van John Truby

Het genre drama bestaat niet. Althans, dat stelt scenariogoeroe John Truby. Die is gek, denk je dan. Maar zo gek blijkt hij toch niet te zijn als je zijn nieuwste boek hebt gelezen. Integendeel, hij geeft je inzichten die niet alleen je scenarioschrijven veranderen, maar ook je leven.

Star Wars (moviestillsdatabase)

Dat veranderen gaat niet zo eenvoudig als je hoopt. De eerste keer dat ik Truby zag was op een zogenaamde Screenwriters Summit in Los Angeles. In een weekend maakte je kennis met vier vooraanstaande scenarioleraren. Iedereen kwam voor de laatste, Syd Field. Die was wereldberoemd geworden door als eerste scenarioboeken te schrijven.

Ervoor kregen we les van een voor mij onbekende John Truby. Niet alleen had niemand daar zin in, de man leek een saaie ambtenaar. En zijn stof was moeilijk. Veel te moeilijk om even allemaal te kunnen begrijpen. Syd Field was veel leuker. Ook al bleek hij niets voorbereid te hebben dan wat oubollige anekdotes, die hij zelf het leukst vond. En ook al flirtte hij wat al te gênant met drie te jonge dames uit het publiek.

Ik begon ook te begrijpen waarom dat hij bij duizend Hollywood-filmscenario’s als consultant was gevraagd

De volgende keer dat ik Truby tegenkwam was op een Scriptwriters Conference. Daar kon je in een lang weekend uit zo’n 150 scenarioklassen van 50 minuten kiezen. Truby gaf er zo’n twintig. Omdat de meeste klassen al meteen uitverkocht raakten belandde ik met grote tegenzin in een klas van hem. Wederom was het moeilijke stof. Maar gelukkig begon ik het nu beetje bij beetje te begrijpen. En ik begon ook te begrijpen waarom dat hij bij duizend Hollywood-filmscenario’s als consultant was gevraagd.

Snel tekende ik in voor al zijn klassen. En aan het einde van het weekend voelde ik een grote bevrijding. Dat kwam allereerst door de genadeloze kritiek van Truby op de drie-aktenstructuur, die Syd Field met name predikte. Dat vond (en vindt) hij een mechanische manier van je verhaal vertellen, die je vooral onnodig beperkt. Weg met die idiote drie-aktenstructuur! En hij had (en heeft) ook scherpe kritiek op al de scenarioleraren die de innerlijke transformatie van de karakters zaligmakend vinden. Truby vindt juist het morele effect dat de acties van de karakters op anderen hebben cruciaal.  

Verhaal vertellende dieren

In zijn nieuwste boek The anatomy of genres: How story forms explain the way the world works legt hij uit dat hij de wereld als verhaal ziet. Alles wat je over het leven moet weten kun je in verhalen vinden. Verhalen definiëren het leven. Alle dingen, waarvan we dachten dat ze groter dan een verhaal zijn, zoals moraal, cultuur, religie, sport, dat zijn volgens Truby simpelweg verschillende soorten verhalen. Wij mensen zijn verhaal vertellende dieren.

Als je begrijpt hoe genres werken en wat ze ons vertellen, dan kunnen we hun ‘lessen’ toepassen in ons schrijven maar ook in ons leven

Verhalen dienen niet alleen als vormen van entertainment, ze bevatten alles, van de basale organisatieprincipes van de wereld tot hoe we onze levens daarin (zouden) moeten leiden. Het begrijpen van de anatomie van een verhaal is meer dan alleen schrijven. Het is ook weten hoe je (zou) moet(en) leven. Als je begrijpt hoe genres werken en wat ze ons vertellen, dan kunnen we hun ‘lessen’ toepassen in ons schrijven maar ook in ons leven.

Dat klinkt voor een West-Europeaan op het eerste gezicht misschien als stuitend en veel te dwingend, maar loop nog even een stukje mee. Denk eens over het volgende inzichten, die een aantal genres je meegeven: Detective-fictie bijvoorbeeld toont ons hoe succesvol te denken door verschillende verhalen te vergelijken om te leren wat waar is. Actie gaat over succesvol zijn, niet over moreel juist zijn. Memoir gaat niet over verleden, maar over je eigen toekomst creëren.

En zo gaat Truby met veel rijke voorbeelden, verrassende inzichten en zeer plausibele argumenten verder. Volgens hem is elk genre een unieke window op hoe een bepaald aspect van de wereld werkt en hoe je dat het beste confronteert.

John Truby (foto TWS)

Het doel van zijn boek is de diepe structuren van verhalen en genres te onthullen. Hij ziet veertien belangrijke verhaalgenres vormgeven aan ons bestaan (en de volgorde is belangrijk): horror, actie, mythe, memoir, coming-of-age, science fiction, crime, comedy, western, gangster, fantasy, thriller, detective en liefde. Elk genre kan weer onderverdeeld worden in subgenres.

Genre-beats

Elk genre heeft vijftien tot twintig specifieke ‘beats’ of ‘key plots’, die die vorm bepalen. Die staan garant voor het succesvol kunnen schrijven van je verhaal. En die zorgen ervoor dat mensen een bepaald genre steeds weer opnieuw willen zien. Deze genre-beats verbinden onder de oppervlakte het hele verhaalsysteem, dat een unieke filosofie over het leven uitdrukt. Elk genre heeft een eigen specifieke strategie om zijn filosofie uit te drukken.

Dat klinkt als een dwingende mal. Zo voelde ik het in het begin ook. “Zeg, Truby, rot op met je moeilijke regeltjes, ik bepaal zelf wel wat ik schrijf.” Maar dan blijkt dat Truby dat juist stimuleert. Schrijf vooral wat je denkt, voelt, schrijf alles wat je wilt schrijven. In alle vrijheid. Laat je door niets censureren, laat je door geen enkele regel tegenhouden. Pas als je bij je derde of vijfde scenarioversie bent, leg er dan Truby eens naast. En dan zie je dat hij precies de helpende hand geeft bij dingen in je verhaal waar je niet goed uitkomt. En dan zie je ook dat je wellicht wat genre-beats door elkaar hebt gegooid.

Truby is overigens een groot voorstander van het mixen van genres. Hij deelt zijn filmleven in twee delen. In de zomer van 1975 zag hij Jaws, een horrorverhaal. Een enkel genre. Heel goed uitgevoerd. Dat veroverde de hele wereld. Maar in 1977 zag hij Star Wars: A new Hope.  Normaal kon Truby precies raden wat de volgende beats in een film waren. Maar hier niet. En het publiek ook niet. Het was fantasy in outer space, science fiction. Maar ook western. En mythe. En de lichtsabels kwamen uit samuraifilms, actie dus.

Dat mixen van genres was een revolutie. BSW (Before Star Wars) was er een enkel-genreverhaalwereld. Maar sinds ASW (After Star Wars) is er een multigenrewereld. Sindsdien worden heel vaak twee of meer genres gemixt in populaire films. En de laatste 20 jaar wordt dat mixen van genres steeds intensiever gedaan. Vandaar dat hij benadrukt dat je alle veertien genres goed moet kennen, inclusief hun specifieke verhaalbeats, om die zelf goed te kunnen mixen.

In de western gaat het om ‘go west’. Het genre gaat over het geloof dat je jezelf opnieuw kunt uitvinden, wanneer dan ook en hoe vaak dan ook

Truby geeft daar een aantal heldere voorbeelden van. Vervolgens gaat hij uitgebreid in op elk genre en zijn beats. Te veel om hier allemaal te vertellen. Hij schrijft bijvoorbeeld over de bovengenoemde volgorde van de genres. Gangster komt na western. In de western gaat het om ‘go west’. Het genre gaat over het geloof dat je jezelf opnieuw kunt uitvinden, wanneer dan ook en hoe vaak dan ook. Dat impliceert extreem individualisme en absolute vrijheid. Deze twee waardes zijn verbonden: Geen kracht van buiten en geen innerlijke beperking kan iemand stoppen om te worden of zijn wat hij of zij wil zijn.

Op een grotere schaal betekent ‘go west’ het bouwen van een natie, het veranderen van een wildernis in een gemeenschap. Als een soort Mozes leidt de individuele cowboy een volk door de wildernis en bouwt een nieuw land.

Uit die western ontstond vervolgens het gangsterverhaal. Rond 1930 was er in het land van the American dream inmiddels een nieuwe maatschappij ontstaan, en waren er allerlei sociale veranderingen ten opzichte van de western. Na 10 jaar drankverbod, de opkomst van georganiseerde criminaliteit en de grote depressie ontstond het gangstergenre.

Dit genre gaat weg van het wijde landschap van de western naar de dichtbevolkte grote steden. Het benadrukt de onacceptabele verlangens die leven in de gemeenschap en de ongepaste methodes om die verlangens te vervullen, en dat uitvergroot naar een totaal sociaal systeem. Het positieve van de western wordt in gangster een negatieve, criminele gemeenschap. De opkomst en de ondergang van een ‘koning’ in een democratie wordt gevolgd. Deze ondemocratische koning gebruikt illegale en immorele middelen, vooral moorden, om succes te krijgen.

Nu geldt opeens niet meer ‘all men are equal’. Succes komt door het vormen van een bende, een organisatie die business en politiek koppelt, die geld en macht gebruikt om geld te maken. Hier kan de held alleen slagen als hij deel van zo’n gang is, in tegenstelling tot de hyperindividuele westernheld. Het maakt de gangleden slaven van hun systeem: “Once you’re in, you never get out.” De American dream is totaal corrupt geworden. De koning klimt in het genre op van arm naar rijk. Geld is zijn enige waarde. Waardoor hij geen relatie kan krijgen met anderen.

Vrouwen zijn bijvoorbeeld alleen waardevol als ze hem geld opbrengen. In feite is iedereen gevaarlijk, want de volgende koning wacht al om hem te vermoorden. En zo eindigt de gangsterfilm: na de opkomst komt het verval.

Drama is geen genre

Wellicht vraag je je af waarom Truby niet het genre drama noemt. Nou, dat is geen genre, zegt hij, maar een term voor bijvoorbeeld confrontaties, die in alle genres kunnen voorkomen. Niemand zegt volgens Truby: “Zullen we naar drama gaan?” Volgens hem gaan mensen naar de bioscoop voor de veertien genres. “Gaan we vanavond naar actie, comedy of liefde?” In Los Angeles geldt als gemeengoed dat de Oscars zijn uitgevonden als instrument voor films die marketing nodig hebben. Volgens Truby zijn dat de films die geen herkenbaar genre hebben.

Toch blijft de stof van Truby moeilijk. Hij kan geweldig films heel kort zeer precies analyseren. Kijk op zijn site, Truby.com.  Dat is misschien de beste manier om met hem kennis te maken. Neem bijvoorbeeld zijn analyse over The Hangover. Hij stelt dat de normale aanpak van deze vier jongens die een hengstenbal in Las Vegas houden is dat je hen chronologisch door de nacht volgt. Dat kun je in de eindcredits van die film zien: Vier dronken mannen die extreme dingen doen. De fontein. De baby. De verkeerde man.

Leuk? Nee. Dronken mensen zijn niet leuk. Zeker niet voor het publiek, dat niet gedronken heeft. En het is allemaal dezelfde verhaalbeat: dronken mensen doen stomme dingen. Bovendien: comedy moet uit de karakters komen. Maar als ze alle vier dronken raken, worden ze eigenlijk één dronken karakter.  Dus dan zouden we geen plot en geen karakters hebben.

Maar wat doen de schrijvers: ze gebruiken het detectivegenre. Urgent hoofddoel: uitvinden wat er vannacht met de bruidegom is gebeurd. Het detectivegenre heeft de sterkste narratieve drive van alle genres. Dat betekent dat je een hoop grappen aan de structuur kunt hangen, zonder dat die in elkaar stort. En het detectivegenre heeft een ander groot voordeel: een plot. Dat ontbreekt nogal eens bij comedies.

Simpel? Ja. Moeilijk? Ook. In de zin dat het me nog steeds moeite kost om het allemaal (tegelijk) te begrijpen. Toen ik John Truby voor het eerst zag, had ik nooit kunnen vermoeden dat hij zo’n inspirerende invloed op mijn schrijven (en vooral herschrijven) zou hebben.

Wat zoek je?