‘Ik probeer mysterieus te blijven’

Wanneer een nieuwe film verschijnt van scenarist-regisseur Céline Sciamma is een ding zeker: dat stijl en vertelling totaal anders zullen zijn dan in eerdere producties. Na haar fraai gestileerde debuut Water Lillies maakte ze de sprong naar het uit de losse pols gedraaide kinderfilm Tomboy, naar het banlieue-drama Girlhood en vandaar naar de achttiende-eeuwse liefdesepos Portrait de la jeune Fille en Feu. Haar nieuwste film Petite Maman is een modern sprookje.

foto Cinéart Nederland

“Het komt bij mij vanzelf dat ik steeds anders wil zijn”, vertelt Sciamma tijdens een bezoek eerder deze maand aan Amsterdam voor de voorpremière van Petite Maman. “Ook zie ik scenarioschrijven als een evolutie. Ik leer van film naar film. Er zijn altijd nieuwe doelen. Ik ontwikkel steeds meer mijn eigen methode. En er is steeds meer het verlangen om traditioneel scenarioschrijven los te laten en om dieper te gaan. Maar ik heb ook het gevoel dat mijn films elkaars hand vasthouden. Het idee voor Petite Maman kreeg ik al toen ik Portrait de la jeune Fille en Feu aan het schrijven was. Het begon allemaal met één scène, zoals wel vaker het geval is. Deze keer was het een beeld van twee meisjes die samen een boomhut bouwen, maar de een is de moeder en de andere de dochter.”

Petite Maman gaat over hoe de achtjarige Nelly omgaat met overlijden van haar oma en probeert het verdriet van haar moeder te bevatten. Een magische tijdreis die nooit wordt verklaard, biedt uitkomst. In de bossen achter haar moeders ouderlijk huis ontmoet ze het meisje Marion, dezelfde naam als haar moeder en ook nog eens haar evenbeeld. Op den duur beseffen ze dat ze moeder en dochter zijn. In de paar dagen die Nelly en Marion samen doorbrengen met spelletjes, toneelstukjes en avonturen gaan de twee generaties elkaar beter begrijpen. “Het is mijn eerste high concept film”, aldus Sciamma. “Met dit startpunt rolde het verhaal er vrij makkelijk uit.”

Scènelijsten

Tijdens een lezing voor de Britisch Academy of Film in 2019 sprak Sciamma heel verhelderend over haar werkmethode als scenarist. Tijdens het schrijven van een nieuw script heeft ze twee bestanden geopend op haar computer. De ene bevat een lijst met scènes die ze nodig heeft om haar verhaal te vertellen, de andere scènes die ze wenst te vertellen. De truc is om van deze twee lijsten één te maken met louter gewenste scènes. Ook voor Petite Maman gebruikte ze deze methode.

Céline Sciamma (foto Claire Mathon)

“Ik ben daar steeds radicaler in. Als ik een scène niet verbonden krijg, dan kan ik hem er niet in laten. Ik wilde in Petite Maman graag een avontuurlijke scène, waarin de meisjes gaan varen in een boot. Toen ik het begon te schrijven, wist ik niet hoe ik het erin moest passen. Zouden mensen hem geloven? Maar je moet compromisloos zijn als je gelooft dat die scènes in de film thuishoren. De lijst met noodzakelijke scènes was deze keer heel kort. Het waren niet eens stappen uit de plot. Het waren verschillende soorten interacties die ik wilde hebben tussen de personages. De meisjes worden vriendinnen of zusjes, dus de oma wordt dan hun moeder. Het ging om het vinden van de juiste scènes voor de genealogische verhoudingen. Bij deze methode gaat het om geen tijd verspillen, je eigen regels schrijven en dapper zijn.

“Wanneer ik schrijf is het vrij simpel. Zodra er een lijst met scènes is, schrijf ik het script chronologisch van begin tot eind. Ik spring niet voor- of achteruit, sla niets over, en probeer niet te dromen over wanneer ik straks die ene lekkere scène kan schrijven. Als ik er niet uitkom met een scène blijf ik daaraan werken. Het betekent dat de eerste versie een reis door de film is. Het vraagt om discipline, maar de eerste versie is dan bijna al een derde versie. Tijdens het herschrijven ga ik naar de scènes waarbij ik nog een knagende twijfel heb en concentreer me daarop totdat het is opgelost. Ik moet ze ook kunnen regisseren natuurlijk. Soms haal ik ze uit het script, soms komen ze later weer terug. Maar dit script van Petite Maman was heel snel geschreven want ik heb er jaren over nagedacht. Het was opgebouwd in mijn hoofd. Het schrijfproces duurde een maand.”

In de openingsscène van Petite Maman zit Nelly samen met een oude dame in een verzorgingshuis te werken aan een kruiswoordpuzzel. Een kleindochter en oma, denkt de kijker. Dan zegt Nelly “Au revoir” en verlaat de kamer. Dan wordt de kijker op het andere been gezet. Nelly loopt naar de kamer ernaast en zegt ook gedag tegen de vrouw die daar zit en dit ritueel herhaalt zich in een derde kamer. De vierde kamer is bijna leeg. Nelly’s vader en moeder zijn bezig met opruimen. Nelly pakt een wandelstok. “Mag ik deze houden?” vraagt ze. Het kwartje valt. In een daaropvolgende scène wordt tijdens een vrijwel woordeloze interactie in de auto alles verteld over de verstandhouding tussen Nelly en haar moeder.

Ik wil dat er ruimte is voor de persoonlijkheid van de kijker

Dit zijn Sciamma-scènes ten voeten uit, waarin heel economisch wordt omgesprongen met het geven van informatie en de kijker wordt betrokken bij het verhaal door zelf te moeten meedenken, invullen en combineren. “Het gaat steeds meer om de kijkers. Sinds Portrait de la jeune Fille en Feu denk ik daar steeds meer over. Hoe kijken zij naar de film? Wat is de impact die ik wil? Ik probeer vooral elegant te zijn, zodat mensen vergeten dat ze naar een film kijken en worden opgenomen in het verhaal. Daarom geef ik steeds minder informatie. Zo komen we eigenlijk heel erg weinig te weten over het gezin in Petite Maman. Ik wil dat er ruimte is voor de persoonlijkheid van de kijker en dat stukken informatie met elkaar spelen. Ik probeer mysterieus te blijven.

“Het grootste probleem zit vaak aan het begin van de film. Dat is vaak de tijd waarin je alle informatie en karakterisering geeft. Je wilt bijvoorbeeld laten zien dat twee personages broer en zus zijn. De makkelijke oplossing is haar te laten roepen: ‘Hi broer, hoe gaat het met je?’. Dat is niet elegant. Kijkers weten dat je informatie in hun hoofd probeert te stoppen. Hierdoor zijn pilot-afleveringen van televisieseries vaak de slechtste. Billy Wilder zei weleens: ‘Als je wilt dat je film goed is, moet je de eerste vijftien minuten schrappen.’ Ik probeer mezelf nooit in de positie te brengen dat ik in de montageruimte de eerste akte moet aanpassen. Je moet de film beginnen met een scène waarvan je houdt. De opening gaat dan nog steeds om informatie geven, maar dan tenminste anders.”

Tweeling

Er is nog een belangrijk ingrediënt dat Petite Maman de film maakt die het is geworden, of om preciezer te zijn, het zijn twee belangrijke elementen: de achtjarige zusjes Joséphine en Gabrielle Sanz. Dat Nelly en Marion worden gespeeld door een identieke tweeling geeft de film een extra magische vonk. Dat was overigens niet eens per se Sciamma’s inzet bij de casting. “We hadden een advertentie geplaats op social media, dat we op zoek waren naar twee zusjes in de leeftijd tussen acht en tien. Niet noodzakelijk een tweeling, maar die waren wel welkom. En Joséphine en Gabrielle reageerden daarop. Toen ik mijn tweede film Tomboy maakte kende niemand mij. Die kindercasting was een heel ander proces. Nu heb ik de kans dat ouders mijn films kennen en denken, oh mijn kind kan spelen in dit soort cinema. Dat is voor mij een enorm voorrecht.”

foto Cinéart Nederland

Joséphine en Gabrielle hadden ook invloed op het script. “Als ze een idee niet begrepen, haalde ik het eruit, bijvoorbeeld een scène als ze samen in bed liggen. Marion vraagt naar zichzelf. ‘Waarom is Nelly’s moeder vertrokken?’ Er volgt een lange dialoog. Die scène eindigde in het script anders. Marion zou eerst zeggen: ‘Vertellen ze je wanneer je kinderen krijgt?’ en Nelly zegt ‘Ja’ en ze lachen. Het idee was dat kleine meisjes al fantaseren over hoe het is om kinderen te krijgen, maar de meiden begrepen het niet. Misschien is het anders met deze generatie kinderen, misschien dat een ander kind het wel had begrepen. Maar zij begrepen het niet en daarom hebben we het eruitgehaald.

“Samenwerken met de kinderen gaf me vertrouwen in het script. Voor hen was alles duidelijk. Als ik tegen Joséphine zei, ‘Vergeet in deze scène niet dat Gabrielle je moeder is’, dan zeiden zij, ‘Ja natuurlijk’. Het was alsof ze een rollenspel deden. Hierdoor wist ik dat ik een film had geschreven die toegankelijk zou zijn voor zowel kinderen als volwassenen. Dat had ik eerder gedaan met Ma Vie de Courgette en dat was een geweldig gevoel.”

Liefde voor cinema

“Ik word heel erg beïnvloed door mainstream”, erkent Sciamma. “Mijn films worden vaak beschouwd als arthouse, omdat ze daar worden vertoond. Maar in Frankrijk werd Tomboy en hopelijk ook Petite Maman veel vertoond op scholen. Het is een film voor kinderen. Tomboy werd uitgebracht in 2011 en als ik nu interviews doe in arthouse theaters, spreek ik daar weleens met jongeren die zeggen dat ze die film hebben gezien toen ze tien waren en dat het voor hen het begin was voor hun liefde voor cinema. Dat is zo cool.”

Tomboy, over een meisje dat zich in haar nieuwe buurt voordoet als jongen, benut de beproefde conventies van een politie-infiltratiefilm. Ook ziet Sciamma graag overeenkomsten tussen Portrait de la jeune Fille en Feu en Titanic en ze is erg gevlijd als Petite Maman wordt vergeleken met Back to the Future. Beide films gaan immers over kinderen die beseffen dat hun ouders ooit jong zijn geweest.

“Dit zijn de films waarmee ik ben opgegroeid. Niemand begint met Godard of Citizen Kane. Ze beginnen met televisie en nu met TikTok. Dus daar laat ik me door beïnvloeden. Door deze media krijgen we ons eerste idee wat cinema is en raken we vertrouwd met concepten als het opschorten van ongeloof, suspense, acteurs. Ik kijk nog steeds graag grote blockbusters en leer ervan. Ik ben ook erg beïnvloed door Japanse anime films. En animatie in het algemeen, omdat het bruggen slaat tussen kinderen en  volwassenen.”

Misfits en outsiders

Sciamma onderscheidt zich van veel andere schrijver-regisseurs in het feit dat ze ook heeft gewerkt aan scenario’s die zijn geregisseerd door andere regisseurs, zoals de animatiefilm Ma Vie de Courgette van Claude Barras en Quand on a 17 Ans van André Téchiné. “Het is heerlijk om te schrijven voor en met een andere regisseur, omdat je samen op een missie bent. Je kent het regie-vak en je kent de valkuilen. Je hebt een gedeelde agenda, maar je hebt ook nog een verborgen agenda voor de regisseur.

Ik wilde bijvoorbeeld Téchiné, die al in de 70 was, een film laten maken over jonge mensen. Dat was mijn geheime verlangen. Hij was daar heel erg ontvankelijk voor. Ma Vie de Courgette was een bewerking van een kinderboek. Ik wilde graag voor kinderen schrijven en heb daar een hoop van geleerd. Meer direct de emoties aanspreken. Ook gaf het me voor het eerst de kans om te schrijven zonder conflict, en personages te laten praten over hun gevoelens. Dat heb ik weer kunnen gebruiken bij Portrait de la jeune Fille en Feu.”

Op het filmfestival van Cannes afgelopen juli verscheen het liefdesdrama Les Olympiades, Paris 13e, geregisseerd door Jacques Audiard en gebaseerd op een Amerikaanse graphic novel. “Deze film heb ik vier of vijf jaar geleden geschreven. Hij is daarna herschreven door een jonge scenariste, Léa Mysius. Ik werkte vooral vanuit het bronmateriaal. Zij heeft er een heel hedendaags Frans verhaal over Parijs van gemaakt. Sindsdien heb ik niet meer voor anderen geschreven. Ik ben er niet naar op zoek, maar het kan zo weer gebeuren als iemand komt met een goed aanbod.

“Ik heb altijd het geluk gehad dat ik mijn eigen films kon maken. Ik heb nooit lang hoeven wachten op geld. Als scenarioschrijver ervaar ik een andere chronologie. Bij Ma Vie de Courgette duurde het vier jaar voordat hij af was. Plotseling zie je dan je je werk terug op een scherm zonder dat je door het hele maakproces bent gegaan. Dat is een heel mooi gevoel, bijna magisch.”

Ondanks alle variatie in verhalen, stijlen en aanpak, is er zoiets als een verbindend element binnen het oeuvre van Céline Sciamma? “Als ik denk aan de thema’s in mijn films, is dat altijd cinema. Het gaat altijd over nieuwe ideeën voor cinema en liefde voor cinema. Ik wil niet alleen dat mensen de zaal uitlopen met liefde voor de film die ze hebben gezien, maar ook met liefde voor het medium Daarnaast gaat het vaak over vriendschap en hoe je past binnen de groep.”

Daar valt wat voor te zeggen. Sciamma’s helden zijn vaak outsiders en misfits: LGTBQ’ers die hun identiteit verkennen, een verwaarloosd jongetje in een weeshuis of een jonge vrouw in een girl gang. “Er is vaak een maverick, een verlegen loner, die probeert lief te hebben. Het zijn personages die op zoek zijn naar hun verlangens en die willen uitleven. En ze passen vaak niet in het geheel. Wegen scheiden op het einde. Maar het gaat ook vaak over een speciaal moment dat personages samen hebben gedeeld. Het gaat meer en meer om troost bieden, aan het personage en misschien nog meer aan de persoon die naar de film kijkt.”

Wat zoek je?