Of ik gek ben
Frank Lammers is sinds dit jaar niet alleen bekend als acteur uit de speelfilms Michiel de Ruyter en Nachtrit. Hij maakte afgelopen maand zijn speelfilmdebuut als regisseur met de verfilming van de roman ‘Of ik gek ben’ van Michiel Stroink. Lammers schreef zelf het scenario.
“Ik werd gebeld door collega-acteur Mike Weerts, die me vertelde dat hij de rechten van de roman ‘Of ik gek ben’ van Michiel Stroink had gekocht. Het verhaal gaat over een jonge kunstenaar die tot TBS wordt veroordeeld omdat hij twee vrouwen zou hebben verkracht en mishandeld, zonder zich daar nog iets van te herinneren. Toen Mike me vroeg of ik de film zou willen regisseren, was ik direct geïnteresseerd. Ik zag meteen de potentie van dit verhaal, ook omdat het zich voor tachtig procent afspeelt op één locatie: de TBS-kliniek. Dat leek me economisch haalbaar. Ik vond het boek interessant, maar ik was niet van alles onder de indruk. Het einde vond ik bijvoorbeeld niet zo geslaagd. Ik dacht: ‘als ik het scenario ga uitbesteden, dan weet ik niet of ik wel kom waar ik wil komen met dit verhaal’.
Dus besloot ik om er zelf aan te gaan zitten. In eerste instantie heb ik het hele boek overgeschreven, met weglating van dingen die ik sowieso niet zo interessant vond. Daarna ben ik er weer overheen gegaan, ben ik overgangen en personages gaan verzinnen en dialogen gaan uitdiepen. De personages zaten allemaal wel in het boek, maar ik vond het leuk om er nog een extra twist bij te verzinnen. Ik zocht bijvoorbeeld naar een manier om de ontmoetingen tussen de hoofdpersoon en de directeur spannender te maken. Van die directeur heb ik meteen een directrice gemaakt. Toen ben ik daar op door gaan fantaseren. De grap is dat je een hele wereld verzint en dan kom je in een echte TBS-kliniek die helemaal vol hangt met kunst en waar een directrice in een jurk van Filippa K en zúlke naaldhakken de trap afkomt. Net als in de film. Totaal bizar. Zo zie je maar, de realiteit is vaak nog gekker dan je zelf kan verzinnen.
De realiteit is vaak nog gekker dan je zelf kan verzinnen
Voor het schrijven van de film had ik subsidie gekregen van het Filmfonds. Maar inhoudelijk is het best wel moeilijk om met het Fonds te praten. Zij zijn niet in staat om zich in jouw fantasie als schrijver te verplaatsen. Om mee te gaan in jouw trip. Te begrijpen waar jij naartoe wilt. Dus jij zit daar en zij stellen jou vragen vanuit hun fantasie. En dat kan natuurlijk niet. Daarom worden ook zoveel scripts in Nederland afgevlakt naar een niveau van middelmaat. Het is allemaal positief bedoeld en ze denken dat ze je heel erg helpen, maar ze trekken je juist naar beneden. Wat ik ook verbijsterend vond is dat ze in termijnen denken. Je levert iets in en vervolgens zeggen ze: ‘over vier maanden krijg je uitslag’. Hoezo? Hoe lang ga je er over doen dan? Maar ja, zo is de structuur nou eenmaal. Ik begrijp ook wel dat ze veel verschillende projecten beoordelen en je kan maar één keer geld verdelen, maar zo kan je niet met script-ontwikkeling omgaan. Ik ben vijf keer teruggestuurd, dus dat is bijna twee jaar. Het onderwerp van een film als deze wordt vanzelf weer actueel, maar als je een actuelere film wilt maken in Nederland, dan kan dat dus helemaal niet. Dus heb ik gezegd: ‘het is klaar’ en zijn we ergens anders geld gaan halen.
Eigenlijk ben ik in al mijn werk, ook met acteren, op zoek naar het onvolmaakte in de mens. En dat is zeker ook het geval met Of ik gek ben. In ieder mens zit zowel een goede als een slechte kant. Die gooi je bij elkaar en dan heb je een gelaagd, interessant personage. Op het moment dat je hoort dat het personage Grover zijn baas met een schop z’n darmen uit zijn lijf heeft gehaald, zie je hem in beeld bloemetjes planten. Dan wordt het voor mij spannend. Sommige mensen hebben een defect, en dat is verschrikkelijk, daarmee praat ik niet goed wat ze doen, maar je kan er begrip voor opbrengen. De mensen die ik heb gezien in de TBS-kliniek lijden zeer onder het besef dat ze niet toerekeningsvatbaar zijn. Dat is ook het proces dat de door Mike Weerts gespeelde hoofdpersoon Benjamin doormaakt. Dat is heel heftig. Dat je beseft dat er wellicht dingen gebeurd zijn die het daglicht niet kunnen verdragen en dat het monster mogelijk ook in jou schuilt. Dat lijkt me een vreselijke wetenschap.
Dat je beseft dat er wellicht dingen gebeurd zijn die het daglicht niet kunnen verdragen
Ik heb niet geprobeerd om met Of ik gek ben een realistische film te schrijven of te maken. Het is geen documentaire. Er zijn momenten in de TBS-kliniek dat het verhaal over de top gaat en er zijn momenten dat niet helemaal duidelijk is wat er nou precies gebeurt. Dat wordt later ook niet uitgelegd of verklaard. Het is geen hapklare brok, maar daardoor doet de film wel iets met het publiek heb ik gemerkt. Het in elk geval niet de zoveelste Nederlandse film die wordt gemaakt om te behagen, maar waar je na afloop helemaal niks van vindt. Of je mijn film nou wel of niet geslaagd vindt- en via Q&A’s bij screenings merk ik dat de meeste mensen hem goed vinden – je vindt er in elk geval iets van. Daarmee is Of ik gek ben toch echt de film geworden die me van het begin af aan voor ogen stond.”