Niet aan m’n memes komen!

Het Europees Parlement heeft vandaag zijn steun uitgesproken voor de Copyright Directive: een compromistekst van de richtlijn inzake auteursrechten binnen de ‘Digital Single Market’ (DSM). Het is een mijlpaal voor modernisering van het auteursrecht binnen de EU.

Met de richtlijn wordt een eerste aanzet gegeven voor wetgeving waarbij makers proportioneel kunnen meeverdienen aan de inkomsten die online met hun filmwerken worden gegenereerd; het is een belangrijke stap naar een betere onderhandelingspositie voor de makers ten opzichte van de grote mediabedrijven en distributeurs. Klinkt goed, maar er klinken ook andere geluiden. Voornamelijk vanuit de techsector, maar ook van partijen die zich zorgen maken over de toegankelijkheid van deze werken.

De discussie richt zich voornamelijk op artikel 13, waarin de zogenoemde ‘content-filter’ centraal staat, die inhoudt dat online aanbieders van grote hoeveelheden ‘door gebruikers geüploade content’ maatregelen dienen te nemen tegen auteursrechtenschendingen.
 
De discussie gaat gepaard met de nodige bangmakerij (ze komen voor uw memes!) en lijkt zich voornamelijk te richten op het (on)vermogen van de techbedrijven tot adequate uploadfiltering. Grote bedrijven als YouTube en Facebook zullen zich namelijk vooral laten bedienen door automatische uploadfilters en herkenningssoftware.

En toegegeven: automatisch uploadfiltering is verre van perfect en kan er zeker toe leiden dat bepaalde content niet online openbaargemaakt mag worden zonder dat de auteursrechthebbende gecompenseerd wordt. Nou, prima toch, zou je zeggen?

Maar hoe zit het dan met citaten, quotes, parodies, memes en satire? Hoewel deze uitgezonderd zijn van een dergelijk uploadverbod zullen de automatische filtersystemen ze wellicht niet als zodanig herkennen. Je zou kunnen zeggen dat er een gevaar ligt voor de (kleine) makers dat hun content geblokkeerd wordt.
 
Er ligt voor de techbedrijven zeker een uitdaging om hier een technische oplossing voor te vinden, maar dat wil niet zeggen dat hierom de hele Copyright Directive zou moeten sneuvelen. Een nieuwe ‘window of opportunity’ om op Europees niveau tot eerlijke vergoedingen voor makers te komen kan zomaar weer 20 jaar op zich laten wachten.
 
Een belangrijke passage in het artikel wordt in de discussie niet altijd meegenomen: de verruiming van de mogelijkheden om via de collectieve beheersorganisaties van beeldmakers, componisten en tekstdichters een licentie te verkrijgen om content te mogen gebruiken zonder individuele makers te hoeven benaderen.
 
Die mogelijkheid zou een welkome oplossing zijn voor online gebruik van filmwerken. Voor het bekijken van dramaproducties op streaming-platforms is Europees weinig tot niets geregeld, waardoor makers zijn aangewezen op de vrije, individuele contractpraktijk. Voor bedrijven als Netflix bestaat er geen wettelijke verplichting om filmmakers te vergoeden  en daarom kunnen deze tot in lengte der dagen films exploiteren zonder iets af te dragen naar filmmakers. De makers achter deze rechten hebben zelden een sterke onderhandelingspositie waarmee ze een ‘lumpsum’ kunnen afdwingen die proportioneel is gezien de winst. Daarbij is er geen zicht op het online gebruik van deze werken omdat deze informatie vooralsnog niet overlegd hoeft te worden.

Het Europees Parlement tracht met de DSM-richtlijn de makers een betere positie te geven door mechanismen te implementeren die tot eerlijke, proportionele vergoedingen moeten leiden.

Volstaat de compromistekst waarover deze week wordt gestemd? Nee, niet helemaal, maar het is een eerste stap in de goede richting. Er is nu momentum voor hervorming van het Europese auteursrecht die recht doet aan een betere balans tussen makers, gebruikers en bedrijven, waarbij eens niet wordt uitgegaan van het principe dat iedereen in de keten mag verdienen aan online exploitatie van auteursrechtelijk materiaal, behalve de makers zelf.

Laat u niet bang maken en maak uw steun voor de EU DSM-richtlijn kenbaar als uw beroepsorganisatie, CBO of Europese koepelorganisatie daarnaar vraagt.

Wat zoek je?