Het auteursleed achter The Sopranos
De beste scenario’s komen tot stand door de heftigste conflicten of via de meest bizarre omwegen. In een serie anekdotes uit de filmgeschiedenis dit keer het verhaal van David Chase, de man die ongewild de wereld van televisieseries voorgoed veranderde.
Met The Sopranos startte in 1999 het gouden tijdperk van de televisieserie. Het verhaal over de dagelijkse sores van maffiabaas Tony Soprano toonde aan dat er een groot publiek bestond voor moreel complexe verhalen. De serie maakte de weg vrij voor andere antihelden als Jimmy McNulty (The Wire), Don Draper (Mad Men) en Walter White (Breaking Bad). Televisieseries evolueerden van tweede keus naar een medium dat in artistiek prestige de speelfilm evenaarde, zo niet overtrof. De grote ironie van dit alles is dat de man achter The Sopranos zijn minachting voor televisie nooit verloor.
David Chase (1945) had een stressvolle jeugd. Hij was enig kind in een gespannen huwelijk van tweede generatie Italiaanse migranten. Zijn moeder was een labiele vrouw die met passief-agressief gedrag haar zin doordreef. Als student vluchtte Chase in de sixties counterculture (anti-establishment, red) en raakte bevlogen door de cinema van Bergman, Felini en Buñuel. Hij besloot een auteur-cineast worden.
Dit voornemen liep uit op jarenlang vruchteloos spec scripts schrijven en bijbaantjes als opnameleider bij softporno films. Uiteindelijk vond Chase werk als scenarioschrijver voor tv-series, waar hij geleidelijk – bijna tegen wil en dank – naam maakte als iemand die de strak omlijnde formats van series als Kolchack, The Night Stalker (1974) en The Rockford Files (1974), kon voorzien van een rauw randje. Maar deze uiterst lucratieve carrière was niet bevredigend voor de door depressies gekwelde Chase.
Toen hij eind jaren tachtig de kans kreeg om een eigen serie te ontwikkelen, bedacht hij een stoutmoedig plan. Hij zou een pilot schrijven en regisseren die te gewaagd was voor een tv-serie, vervolgens geld lospeuteren om nog een half uur extra te draaien, er een speelfilm van maken en zo eindelijk doorbreken als auteursregisseur. Het kwam als een schok dat de pilot van Almost Grown werd gekozen door CBS voor productie. Maar na één seizoen werd de serie al stopgezet.
In de jaren die volgden bleef Chase onverminderd veelgevraagd in tv-land. De dood van zijn moeder en therapie bij een bekwame, vrouwelijke psychiater brachten verlichting in zijn emotionele problemen. Toen zijn agent met de onzalige suggestie kwam om een tv-serie te maken van The Godfather, sprong de vonk over. Hij had de inspiratie gevonden die hem zijn plekje in de geschiedenisboeken zou bezorgen.
Net als The Godfather werd The Sopranos een maffia-saga over kapitalisme en de Amerikaanse migranten-ervaring, waarin familieperikelen even belangrijk waren als misdaadintriges, maar dan zonder de ondertoon van ridderlijkheid uit Mario Puzo’s roman. In het verhaal van Chase was Amerika zo egocentrisch, materialistisch en asociaal geworden, dat zelfs een maffioso het niet meer aankon. Als Tony zijn borderline moeder in een duur bejaardenthuis stopt, begint ze zich uit wraak op Machiavelliaanse wijze in zijn zaken te mengen en ontketent ze een oorlog. Als er een aanslag op Tony wordt gepleegd, is het zijn vrouwelijke psychiater die dit patroon doorziet.
Zo verweefde Chase autobiografische elementen door een gangsterverhaal. En wederom speelde hij met het idee om van de pilot een speelfilm te maken als die zou worden afgewezen. Maar ditmaal hield hij ook rekening met de mogelijkheid dat dit de serie kon worden waarin hij zijn creatieve ambities kwijt kon. Hij stelde specifieke eisen aan de stijl, toon en casting en stond er op dat de serie zou worden opgenomen in zijn geboortestaat New Jersey.
Nadat alle gevestigde omroepen ‘nee ‘hadden gezegd, werd The Sopranos opgepikt door HBO. De betaalzender had succes met het vertonen van sport en films en wilde meer eigen content ontwikkelen. Onder CEO Chris Albrecht werd ingezet op gewaagd, onderscheidend drama. In de daaropvolgende jaren werd HBO een keurmerk van kwaliteit. Chase had het niet beter kunnen treffen.
Niet alleen waren bij HBO geweld, seks en gevloek toegestaan, wat in het Soprano-DNA zit, maar ook bood de zender ruimte voor ongewone uitspattingen, zoals Buñuel-achtige droomsequenties, en was men bereid de sympathie die het publiek voelde voor de moorddadige Tony tot het uiterste te testen. Samen met een creatief schrijversteam maakte Chase The Sopranos tot meer dan een kijkcijfer-kanon: een fenomeen dat wereldwijd aansloeg en werd geprezen als een van de belangrijkste culturele uitingen van zijn tijd. En alle eer ging terecht naar David Chase.
Dit betekende niet dat Chase meer waardering kreeg voor het medium wat hem al die roem, succes en geld had opgeleverd. “I don’t care about where television is going or anything else about it,” zei hij drie jaar nadat de serie was afgelopen.
In 2012 maakte Chase dan eindelijk zijn debuut als speelfilmregisseur met Not Fade Away, die geruisloos kwam en verdween in de vergetelheid.
Bron: ‘Difficult Men’ – Brett Martin