In welk verhaal wil je leven?

Precies tien jaar na Zwart water is Elbert van Strien terug met zijn nieuwe speelfilm Marionette, die volgende maand in première gaat op het Nederlands Film Festival. De basis legde hij al in 1993, met zijn bekroonde afstudeerfilm Marionettenwereld. Plot sprak met hem over zijn carrière.

Marionette is een bovennatuurlijke thriller over het jongetje Manny (Elijah Woolf), dat de toekomst van zijn psychiater Marianne (Thekla Reuten) kan sturen. Meer hoef je er eigenlijk niet over te weten. Het door Van Strien (Rotterdam, 1964) samen met de Brit Ben Hopkins geschreven script was zo goed dat Matt Damon ooit in beeld was voor de hoofdrol. Maar de lange weg die Marionette doormaakte van ontwikkeling tot realisatie dreef Van Strien ook tot wanhoop. Laten we bij het begin beginnen…

In je jeugd tekende je veel strips. Hoe heeft dat je gevormd als filmmaker?
“Ik wilde op mijn twaalfde al films maken, maar mijn familie zei dat het heel moeilijk zou zijn om op de Filmacademie te komen. Toen ik zag dat een vriendje strips had getekend, gaf dat een grote vonk in mijn hoofd: dat moet ik doen! Ik ging meteen als een bezetene aan de slag. Later raakte ik teleurgesteld door de oppervlakkigheid van strips, de stap naar film was een verlangen naar verdieping. Met strips zocht ik altijd naar verrassende ontknopingen. Dat, en misschien de manier van vertellen via esthetisch heldere shots, zijn overblijfselen in mijn werk als filmmaker.”

Je bent zowel scenarist als regisseur. Een bewuste keuze?
“Heel bewust. Ik vind het een vergissing dat op de Filmacademie de disciplines uit elkaar zijn gehaald. Je moet als regisseur tot in detail snappen hoe een verhaal werkt, uit welke stappen bijvoorbeeld een catharsis bestaat. Omdat ik me jarenlang op het schrijven van scripts heb gestort, heeft me dat ook een betere regisseur gemaakt.”

Zijn er filmmakers voor wie je een speciale bewondering koestert?
“Ik hou van de Amerikaanse cinema uit de jaren ’70, toen genre en auteursfilm hand in hand gingen: The Godfather, Chinatown, Parallax View, Rosemary’s Baby, Taxi Driver. Kubrick is ook zeker een invloed en Nicholas Roeg. Maar ik hou ook van Tarkovski en de nouvelle vague. Er is altijd nog dat verlangen om iets in die richting te maken.”

Van Strien studeerde in 1993 af aan de Filmacademie met Marionettenwereld, waarmee hij niet alleen een Gouden Kalf won, maar ook genomineerd werd voor de Studentenoscars.

Wist je toen al dat je er ook een speelfilm van wilde maken?
“Jazeker. De lange film diept de thematiek veel meer uit. Het verhaal is beter opgebouwd, de karakters zijn veel rijker en er is nu een deel dat zich afspeelt in Amerika. De korte film heeft een typisch korte film-einde, dat niet werkt in een lange film. Daar kun je mensen niet mee naar huis sturen.”

In 1999 was Van Strien samen met o.a. cameraman Guido van Gennep een van de Fantasten, die opriepen tot meer fantasie en verbeelding in de Nederlandse film en zich afzetten tegen de spruitjeslucht die om realisme heen hing. Zelf maakte hij de korte films Verboden ogen (2002), Het verborgen gezicht (2004) en de fotofilm Wereld van stilstand (2005), die allemaal internationaal opvielen door hun eigenzinnigheid. De spookhuisfilm Zwart water was in 2010 zijn eerste lange speelfilm, met Barry Atsma en Hadewych Minis.

‘Zwart water’ was iets conventioneler dan je korte films. Was dat een bewuste keuze?
“Ja en nee. Ik heb zeker conventioneler ingezet omdat je in Nederland ook een distributeur moet zien te vinden, en je zonder uitbrenggarantie geen geld krijgt van het fonds en je film domweg niet gemaakt wordt. Dit is een belangrijke factor die gemist is bij de enquête onder filmmakers waarom Nederlandse films te vaak ‘middle of the road’ zijn. Distributeurs investeren eigen geld en gaan daarom – begrijpelijkerwijs – vaak op veilig. Daarom zijn er zoveel romantische komedies. Ik ben bij Zwart water daarom meer opgeschoven richting een genre-spookfilm.

Ik denk wel dat het script een stuk grilliger was dan de uiteindelijke film. In de montage speelde de distributeur destijds een vervelende rol, waardoor ik concessies heb moeten doen en de film nog conventioneler werd. Ik zeg zeker niet dat ik alles goed had gedaan, maar ik las in de kritieken veel zaken terug die voortkwamen uit die aangepaste montage.”

Hoewel Zwart water in Nederland geen al te groot succes was, won de film wel twee prijzen op het internationaal toonaangevende festival van Fantasporto in Portugal. Ook was er sprake van een Amerikaanse remake, geproduceerd door het bedrijf van Charlize Theron, waarbij de film o.a. werd ontwikkeld door Scott Derrickson (maker van de Marvel-film Doctor Strange).

Denk je dat die remake er nog inzit?
“Ik denk het niet. Maar omdat dat we met Zwart water voet aan de grond hadden in Hollywood, werd Marionette opgepikt door een Amerikaanse producent. Hij stuurde het naar een aantal Amerikaanse financiers. Op het festival in Toronto was het bij de eerste financier al raak. Na een uur klonk het: ‘We are the greenlight committee, we say yes.’ Hup, 9 miljoen dollar voor de film. Wij keken elkaar verbluft aan: kan het ook zo?

In de weken erna startten de onderhandelingen en kwamen er lijsten met acteurs voor de hoofdrol. Krankzinnige namen, allemaal grote sterren. Bovenaan stond Matt Damon – Marionette had toen nog een mannelijke hoofdrol, net als de korte film. Ik dacht: dat gebeurt toch nooit, maar als jullie hem willen benaderen, ga je gang. Tot ieders verbazing wilde Matt mij daarna ontmoeten. Mijn manager belde me en zei: ‘Everyone all over town knows you are going to meet Matt Damon on Monday’. Ik zei: huh, hoezo dan? Later begreep ik pas hoe bijzonder het was – Matt deed de afgelopen tien jaar nooit meetings en had mij daardoor opeens in het rijtje Scorsese, Gilliam en Soderbergh gezet. Iedereen houdt in de gaten wat zo’n ster kiest, want als hij iets leuk vindt is zo’n film gefinancierd.

Dus wie was deze Elbert van Strien uit Nederland? Hahaha! Ik werd business class naar New York gevlogen en zat een uur bij Matt thuis. Hij begon het gesprek met: ik heb dit script drie keer gelezen en ik wil dit doen. Superaardige kerel. Heel erg op de grond gebleven voor mijn gevoel. Hij gaf me zijn emailadres, na een uur leek hij binnen. Iedereen in de wolken. Daarna was de hitte volledig. Agenten wilden mij vertegenwoordigen en bellen om acteurs voor bijrollen voor te stellen. Ik mailde Ben en zei: ‘We are hot in Hollywood.’ Hij reageerde: ‘For three weeks.’ Hij had een dergelijke situatie ook al eens meegemaakt met Angelina Jolie. Inderdaad bleek Hollywood grillig. Matt zei geen nee maar ook geen ja. Na een maand besloot de financier dat we door moesten naar de volgende ster.”

De vraag dringt zich op: wat heb je van die tijd geleerd?
“Ik heb een inkijkje gekregen in hoe het werkt daar. Vooral, ga er niet heen met je baby. Ik merkte gaandeweg dat de financier andere plannen had met mijn film. Het uit de kwantummechanica bekende gedachte-experiment Schrödinger’s cat is bijvoorbeeld cruciaal voor de innerlijke logica van de film. ‘Schrödinger’s cat is too complicated for an American audience’, zei hij. Daar schrok ik van. Zonder dat werkt de film überhaupt niet en blijft de psychiater een slachtoffer. Ook bleek mijn film in Amerikaanse handen opeens 11,5 miljoen dollar te kosten. Het gat van 2,5 miljoen kon alleen worden opgelost door pagina’s uit het script te scheuren. Dat was voor mij de grens. Ik wist dat we terug moesten naar Europa. Daar kon de film voor de helft gemaakt en was het makkelijker om een kleinere ster te vinden waardoor de film gefinancierd kon worden.”

Nadat Van Strien het script van een mannelijke naar een vrouwelijke hoofdrol had omgeschreven, wist hij een Britse ster te strikken voor de hoofdrol en in 2015 was de film opnieuw bijna volledig gefinancierd met grote interesse in Cannes van ‘buyers’.

“De Amerikaanse manager van deze ster wilde echter niet dat we haar naam in de magazines zouden zetten en de buyers begonnen te twijfelen of het project wel echt was. De belangrijkste pre-sales vielen weg en de financiering liep spaak. Eind 2015 was ik de wanhoop nabij. Waar was ik in godsnaam mee bezig? Ik voelde alsof ik aan mijn eigen tragedie aan het werken was. Alsof je wilt vliegen naar de zon en je vleugels smelten.

Pas in 2016 ging het Filmfonds volledig achter ons staan. Ik ben ze natuurlijk zeer dankbaar. Zonder hen was deze film nooit gemaakt. Maar wat hebben we met veel bewijs uit het buitenland moeten komen voordat men wakker werd. Ik snap dat ook niet zo goed. Ik maak heel inhoudelijke en cinematografische films. Hier is een maker die internationaal de handen op elkaar krijgt. Mijn co-schrijver Ben Hopkins schrijft o.a. ook voor Pawel Pawlikovski (Ida). Dat je zo’n maker niet onmiddellijk toejuicht en aanmoedigt en stimuleert… Maar goed, streep eronder, ik ben blij dat het Filmfonds de film heel goed heeft ontvangen.”

Marionette is inderdaad een mooie en fantasievolle film geworden, met een ijzersterke Thekla Reuten en met intrigerende observaties over leven, lot en voorbestemming. Met fraai camerawerk van Guido van Gennep en een goede afwisseling tussen lichte en donkere scènes plus een knap gebruik van de Schotse locaties, die bepaald sfeerverhogend werken.

Hoe is het scenario tot stand gekomen?
“Het schrijfproces duurde natuurlijk best lang door alle obstakels en de jaren dat het stillag. Ik heb er met name in 2004-2005 aan geschreven, het in 2010 weer opgepakt en met tussenpozen geschreven. Met name het einde was een struggle. Ik geloof dat ik wel tien eindes heb geprobeerd, die door Ben allemaal als ‘crap ending’ van tafel werden geveegd. Voorjaar 2012 ontstond er een grote bevrijding in mijn hoofd toen ik de crux gevonden had en alles op zijn plek viel. Toen ik daarna mijn aantekeningen door de jaren heen doorging om te kijken wat ik nog kon gebruiken bleek het einde onderaan mijn eerste aantekeningen te staan. Hahaha! Maar ja, het gaat erom dat je het ook emotioneel begrijpt, daar had ik toch dat proces voor nodig.”

Halverwege de film zit de zin ‘Als het verhaal al geschreven is, hoe kunnen de personages dan nog vrije wil hebben?’ In hoeverre vind je zelf dat wij als mensen meester zijn over ons bestaan en in hoeverre zijn we marionetten van het lot?
“Dat is de hele discussie. Aan de ene kant worden we voortdurend bepaald door omstandigheden, maar het is aan jou hoe je daarmee omgaat, in hoeverre je toch je vrijheid vindt. Momenteel lijken we met z’n allen slachtoffer te worden van het politieke gevecht om de werkelijkheid, via trolling, social media als propagandamachine, politieke machinaties. De werkelijkheid lijkt bijna een organisme dat heen en weer beweegt in de tijd en waar we met z’n allen door meegevoerd, verleid, begoocheld worden. Denken bepaalt ons gedrag en daarmee uiteindelijk ons lot. Perceptie en hoe je wilt kijken is dus een cruciaal element in het wel of niet hebben van een vrije wil. De werkelijkheid is een verhaal. Uiteindelijk gaat het om de vraag: in welk verhaal wil je leven? De belangrijkste beslissing die we nemen is of we leven in een welwillend of vijandig universum, zei Einstein ooit.”

Waar komt je fascinatie voor het bovennatuurlijke vandaan en hoe verhoudt die zich tot je ideeën over God, religie en voorbestemming?
“Ik denk dat het voor mij een vorm van onderzoek is. Bovennatuurlijke elementen zet ik in mijn films in om de werkelijkheid ter discussie te stellen. Daar start ook waanzin. Het is een zoektocht naar binnen, naar onze diepere gronden. Alles in twijfel durven trekken, onderliggende betekenissen zoeken, wat zit erachter, hoe zit het echt? En wat is echt? Zo las ik vorig jaar in In Einsteins Achtertuin van Amanda Gefter dat zelfs voor tal van fysici het universum waarnemer-afhankelijk is. Aan het einde van het boek sta je met lege handen als alles illusoir blijkt. Ik ben christelijk opgevoed, maar ik geloof niet in God. De korte film was een afrekening met mijn opvoeding, maar Marionette laat zien hoe ik nu aankijk tegen deze materie.”

Wanneer is besloten om de film in Schotland te laten spelen en in hoeverre heeft dat het verhaal beïnvloed?
“Ben had in het begin Schotland gekozen, volgens mij vanwege de toen gunstige financieringsmogelijkheden. Gaandeweg bleek Schotland heel goed te kloppen. Het duistere landschap en de natuurkrachten zijn deel van de thematiek en weerspiegelen zowel Marianne’s als Manny’s binnenwereld. Toen ik dat begreep heb ik ervoor gevochten om deze film daar te draaien, ondanks dat Ierland misschien meer financiering oplevert.”

Karakterontwikkeling is belangrijk in de film. Het door Thekla Reuten gespeelde personage van Marianne zit in iedere scène. Hoe ben je bij de ontwikkeling van haar karakter te werk gegaan?
“Bij de omzetting van man naar vrouw hebben we besloten helemaal niets te veranderen. Marianne is daardoor een sterke vrouw geworden. Ik denk dat de film veel interessanter is geworden. Verder is Ben erg goed in karakters. Het gaat hem heel makkelijk af en hij kan door dialogen karakters heel goed tot leven brengen. Toch is de ‘character arc’ meer uit mijn koker. Het was een complexe zoektocht omdat je in de film eigenlijk op zes borden tegelijk schaakt. Zowel qua realiteit, als innerlijke logica, als thematiek en onderliggende filosofische en zelfs theologische vragen. Hoe vind je de juiste innerlijke reis, terwijl je al die andere ballen in de lucht houdt? De ontknoping moet ook kloppen bij je wereldbeeld. Ik denk dat Ben anders in het leven staat en dat het daarom ook vanzelfsprekend meer bij mij terechtkwam.”

Hoe verliepen de opnames?
“Goed, hoewel het ook een complexe film is en het niet zonder een zekere strijd ging. Tot op het laatst moet je proberen je visie voor de film te beschermen, ondanks alle krachten die loskomen.” (boven een foto van Egbert van Strien en Thekla Reuten op de set)

In China krijgt Marionette een release in 2000 zalen. Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?
“Een distributeur uit Singapore, die twee films per jaar uitkiest om uit te brengen in China, viel voor de film. Ik ben gevleid dat ze uit dat enorme aanbod Marionette als een van de twee films gekozen hebben.”

Heb je ideeën over het Nederlandse filmklimaat en hoe het beter zou kunnen, in het algemeen en met de fantastische film in het bijzonder?
“Ik denk dat het belangrijk is dat makers meer vertrouwen en vrijheid wordt gegund. Dat er minder zout op slakken wordt gelegd alvorens realisering wordt toegekend. Misschien kan het Filmfonds zijn makers bevrijden en stimuleren in plaats van die helaas te vaak destructieve rapporten. Als we meer eigenzinnige films willen maken is het ook van belang dat er minder nadruk gelegd wordt op financieringsvoorwaarden als een uitbrenggarantie van een distributeur of een betrokken omroep.

We blijven vrees ik een beetje in hetzelfde kringetje ronddraaien als dat de belangrijkste ijkpunten zijn. Als een film goed is, vind hij altijd een distributeur, ook als hij eenmaal gemaakt is. Ook zou het buitenland meer een graadmeter mogen zijn. Soms lijken er enorme muren om Nederland heen te staan, alsof dat wat daarbuiten gebeurt niet telt. En wat betreft de fantastische film, ik kan alleen maar hopen dat de nieuwe generatie fantastische filmmakers mogelijkheden krijgt om lange films te maken en door te groeien. Te vaak blijft het hangen in korte films die low budget of via crowdfunding bij elkaar zijn gesprokkeld.”

Wat zou je hierna willen doen?
“Ik zou nu heel graag mijn film Mindhack willen maken, over hoe technologie onze werkelijkheid verandert, wederom samen met Ben geschreven. Het is een urgent project; nu moet het Filmfonds nog meewerken.”

Marionette draait vanaf 1 oktober 2020 in de Nederlandse bioscopen.

Wat zoek je?